Steeds meer gemeentes willen stop op aantal thuiskappers
Zo'n 20.000 thuiskappers telt Nederland. En dagelijks komen er een à twee bij. Dat is de kappersorganisatie ANKO al jaren een doorn in het oog. Sinds kort probeert de ANKO afspraken te maken met vijftig gemeentes om het aantal thuis knippende ondernemers niet verder uit te breiden.
Inmiddels zijn er al meerdere gemeentes waar zich geen nieuwe thuiskappers meer mogen vestigen. Het gaat volgens de brancheorganisatie onder andere om Dalfsen, Dronten, Hardenberg, Urk, Harlingen en Twenterand. "Wij pleiten voor een eerlijke en gezonde economie, met dezelfde regels voor werkgevers met personeel en zelfstandigen. Nu is er een ongelijk speelveld", zegt Harrie Jager, adviseur lokale belangenbehartiging van de ANKO.
Geen controle
Winkelsalons houden zich volgens hem aan regels, die kosten en investeringen met zich meebrengen, terwijl thuissalons er niet of onvoldoende aan voldoen en er ook nauwelijks op worden gecontroleerd. Zo moeten kapsalons zich bijvoorbeeld houden aan regels over het werken met chemische producten. "Thuiskappers zouden zich aan dezelfde regels moeten houden, en de gemeente, brandweer en arbodienst moet daarop dan ook handhaven".
Van de 20.000 thuiskappers die ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel is naar schatting zo'n 5 à 10 procent ambulant kapper. Dat zijn kappers die bijvoorbeeld ouderen die minder mobiel zijn aan huis knippen. Met die groep heeft de ANKO overigens geen probleem.
Jager maakt zich vooral druk over het verdwijnen van de kapsalons uit de winkelcentra. "Ook stageplekken komen hierdoor onder druk te staan. Op het verstedelijkte platteland zie je dat het knippen een onzichtbaar ambacht aan het worden is door verplaatsing naar de wijken."
Concurrentie
Maar de thuiskappers zelf zijn het hier niet allemaal mee eens. "Ik snap de ANKO niet", zegt één van hen met een salon aan huis in Dalfsen, een van de gemeentes waar geen vergunningen meer afgegeven worden.
Ze werkte tot haar 40ste in reguliere kapsalons en begon daarna een salon aan huis. "Ik heb veel ervaring en alles is hier gewoon goed voor elkaar, volgens de regels". Voor haar is knippen in haar eigen ruimte het voordeligst. "Ik hanteer normale prijzen. Maar als ik een pand moet huren in mijn eentje, dan hou ik gewoon niets over."
Sfeer in de wijk
Volgens vakorganisatie ANKO draagt een "echte" kapperszaak bij aan een levendig stadscentrum. "Na een knipbeurt gaan mensen ook even de winkelstraat in. Dat is goed voor de sociale cohesie."
In Dronten willen ze de reguliere kappers in het centrum beter beschermen. "Ons beleid is dat het aantal in ieder geval niet mag toenemen. Maar zodra er een thuiskapper weg gaat, dan mag er weer eentje bij", zegt Fanny Ruiter van de gemeente Dronten. "Maar we willen niet in één buurt drie thuiskappers hebben, het moet de sfeer in de wijk namelijk niet te veel veranderen".