Iedereen wil Beerensteyn in de basis, maar is dat wel terecht?

Wat is een WK voetbal zonder nationale discussie rond het Nederlands elftal? Ook rond de Oranjevrouwen is er in de aanloop naar de kwartfinale tegen Italië een terugkerend vraagstuk bij de koffieautomaat.

De grote vraag luidt: moet Lineth Beerensteyn als rechtsbuiten een kans krijgen in de basis, ten koste van Shanice van de Sanden?

De 22-jarige Beerensteyn is tot nu toe de supersub van Oranje op het WK. De bescheiden speelster van Bayern München stond nog geen enkele keer in de basis, maar was vier keer waardevol als invalster met onder meer een goal en een assist.

De vier jaar oudere Van de Sanden is vlug en vaardig, maar heeft in Frankrijk nog geen onuitwisbare indruk achtergelaten. De flamboyante aanvalster van grootmacht Olympique Lyonnais is een vaste basisklant, maar zakte vooral in het duel met Japan door het ijs.

Kritiek op Van de Sanden

In de NOS Voetbalpodcast was het oordeel na afloop van de achtste finale helder. "Beerensteyn hoort in de basis", sprak commentator Jeroen Elshoff.

Volgens collega Frank Wielaard heeft Van de Sanden in de laatste twee wedstrijden niets kunnen betekenen voor de Nederlandse aanval. "We hebben eigenlijk met zijn tienen gewonnen van Japan", was zijn conclusie.

En ook verslaggeefster Rivkah op het Veld was helder: "Als ze haar snelheid niet kan benutten, is ze aan de bal veel minder sterk dan de andere speelsters. Het is niet alleen dat ze niets toevoegt aan de aanval, maar ze verspeelt de bal ook heel vaak."

Wat zeggen de cijfers?

Heeft Oranje tegen Italië meer aan Beerensteyn of aan Van de Sanden? Een eerste blik op de cijfers geeft wat meer duidelijkheid:

Beerensteyn creëerde op het WK per 90 minuten gemiddeld meer kansen voor haar ploeggenoten dan iedere andere Nederlandse speelster: 2,6. En alleen Miedema had tijdens het WK meer schoten en balcontacten dan Beerensteyn in het vijandelijke strafschopgebied.

Van de Sanden stond telkens in de basis, maar werd drie van de vier keer ook gewisseld. Beerensteyn viel tot nu toe iedere WK-wedstrijd in. Van de Sanden kwam 242 speelminuten meer in actie dan Beerensteyn.

Toch was de invalster bij meer doelpunten betrokken dan de basisspeelster. Van de Sanden was goed voor één assist op Vivianne Miedema, de voorzet die leidde tot de 1-0 tegen Kameroen.

Ook Beerensteyn gaf in die wedstrijd een assist op Miedema (3-1), maar was bovendien verantwoordelijk voor de bevrijdende 2-1 tegen Canada, vijf minuten nadat ze was ingevallen.

Cruciale rol Beerensteyn

Maar dat is nog niet alles wat Beerensteyn betreft: ze speelde ook een cruciale rol bij de doelpunten van Jill Roord tegen Nieuw-Zeeland en de penalty van Lieke Martens tegen Japan.

Bij de winnende goal van Roord in de blessuretijd van de eerste groepswedstrijd ging Beerensteyn het duel aan met een Nieuw-Zeelandse speelster, die daardoor onbedoeld naar de scorende Roord kopte. En tegen Japan gaf Beerensteyn vlak voor tijd de pass op Miedema, die vervolgens tegen een Japanse arm schoot: penalty.

De pass van Beerensteyn volgde overigens op een geslaagde dribbel; Van de Sanden wist tegen Japan geen enkele geslaagde dribbel in te zetten. Beerensteyn kwam tijdens het WK in 69 speelminuten sowieso tot evenveel geslaagde dribbels en schoten op doel als Van de Sanden in 311 minuten.

Maar de belangrijkste cijfermatige conclusie is toch: Beerensteyn had een belangrijke rol bij vier Nederlandse doelpunten en Van de Sanden bij één. Terwijl Van de Sanden 4,5 keer langer in het veld stond dan Beerensteyn.

Supersub Beerensteyn

Maar voetbal draait natuurlijk niet alleen maar om cijfers en statistieken. Bondscoach Wiegman vertrouwt op de unieke kwaliteiten van de supersnelle Van de Sanden en is vooral ook heel blij met een geheim wapen als Beerensteyn op de bank, die telkens weer als invalster vol gas geeft en voor dreiging zorgt.

"Het is ontzettend lekker als je er nog iemand in kan brengen die de tegenstander nog één keer tot het uiterste tart", zei Jeroen Elshoff woensdag in de Voetbalpodcast. "En dat is Beerensteyn. Ik begrijp dat wel van Wiegman."

Toch ziet ook Elshoff nu het liefst Beerensteyn in de basis, met één kanttekening: "Is Van de Sanden net zo goed als invalster als Beerensteyn?"

Supersub Van de Sanden

Tijdens de Champions League-finale van 2018 was dat in ieder geval wel zo: toen viel Van de Sanden in bij Olympique Lyonnais tegen VfL Wolfsburg en was ze vervolgens goed voor liefst drie assists.

Dit jaar was Van de Sanden wel basisspeelster in de finale tegen Barcelona en werd ze na toch weer twee assists na ruim een uur gewisseld.

Wordt het zaterdag Beerensteyn of Van de Sanden tegen Italië? Het is nog even wachten op het verlossende woord van bondscoach Wiegman.