'Gevangenen Nederlandse missie gemarteld door geheime dienst Afghanistan'
Gevangenen die tijdens de Nederlandse missie in Uruzgan zijn overgedragen aan de Afghaanse veiligheidsdienst zijn gemarteld en afgeperst. Dat gebeurde ondanks toezeggingen van toenmalig minister Ben Bot dat de behandeling van de gevangenen goed in de gaten zou worden gehouden, schrijft Trouw.
De krant bericht over onderzoek van het Nederlandse journalistencollectief Lighthouse Reports. Dat stelt dat een gevangenen-volgsysteem nauwelijks heeft gewerkt, ondanks de beloftes van Bot.
De toezegging van minister Bot kwam na bezorgde vragen van de Tweede Kamer. De Afghaanse veiligheidsdienst NDS had namelijk een extreem slechte reputatie. Daarom werd afgesproken dat de gevangenen zouden worden gemonitord. Het Internationale Rode Kruis en een lokale organisatie AIHRC zouden toegang tot de gevangenen krijgen en Nederlandse diplomaten zouden de gevangenen regelmatig bezoeken.
In de eindevaluatie over de missie in Uruzgan (2006-2010) werd geconcludeerd dat door Nederland overgedragen gevangenen "niet gemarteld of onmenselijk behandeld" zouden zijn.
Gevangenen-volgsysteem
Lighthouse Reports stelt dat het gevangenen-volgsysteem nauwelijks functioneerde. Niet alleen waren er te weinig mensen om de gevangenen te bezoeken, het Rode Kruis en de AIHRC hadden niet altijd toegang tot de gevangenen.
Er zijn maar 69 verslagen van gevangenisbezoeken, die soms ook heel beknopt zijn. Dat betekent dat er geen verslagen zijn over een meerderheid van de ongeveer 230 personen die werden overgedragen aan de NDS. In totaal werden er door Nederlandse militairen 574 mensen gevangengenomen.
Bedreigingen
In die 69 verslagen staat niets over mishandelingen, maar volgens Lighthouse Reports was daar wel sprake van. Het collectief spoorde samen met een Afghaans onderzoeksbureau verschillende mensen op die door Nederland zijn overgedragen aan de NDS.
Een van die gevangenen is M., die werd gemarteld omdat hij kort na de overdracht door Nederland een bedrag van omgerekend duizend euro niet kon betalen aan de NDS.
M. vroeg zijn broer om hun land te verkopen en de opbrengst daarvan de volgende dag te brengen, maar toen de broer niet kwam, werd M. opnieuw mishandeld. Dat gebeurde ook toen de broer zich een dag later alsnog meldde, maar met te weinig geld. Uiteindelijk werd M. toch vrijgelaten, met de mededeling dat hij zou sterven als hij iemand over de martelingen en het geld zou vertellen.
Koude cel
Ook A., toen 18 jaar, werd gemarteld na de overdracht. Soms kreeg hij dagenlang geen eten. "Als ik dan wel eten kreeg was het zo smerig dat ik ervan moest kotsen." Hij werd opgesloten in een koude cel en werd wakker gehouden. Bovendien dreigden zijn bewakers met uitlevering aan de Amerikanen en Guantánamo Bay.
De vader van A. wist uiteindelijk een kleine drieduizend euro bij elkaar te schrapen, zodat zijn zoon na anderhalf jaar vrijkwam. Gevangenen die geen geld bij elkaar konden brengen, werden soms vermoord, zeggen zowel M. als A.
Getuige
Ook Nederlandse militairen zijn getuige geweest van de mishandelingen, blijkt uit gesprekken die journalisten van Lighthouse Reports met een aantal van hen voerden. Eén van hen vertelt over de overdracht van een gevangene die door een Afghaan met een zwaai in de laadbak van een pick-up werd gegooid. Het hoofd van de gevangene stuiterde en begon meteen te bloeden.
Later vroeg de veteraan aan zijn leidinggevende wat er met de gevangenen zou gebeuren. Waarop zijn leidinggevende zei: "Als je heel stil bent en je wacht nog even dan hoor je het vanzelf."
Nederland vertrok in 2010 uit Uruzgan, waarna Australië de missie overnam. Dat besloot een jaar later tijdelijk te stoppen met de overdracht van gevangenen aan de NDS en in 2013 opnieuw, naar aanleiding van een onderzoek naar verhalen over martelingen in de NDS-gevangenis in Tarin Kowt.