Rechts-populisten, maar ook andere partijen, zetten in op jong
In België 26 jaar, in Frankrijk 23 jaar en in Denemarken 29 jaar. De lijsttrekkers van rechts-populistische partijen voor de Europese Parlementsverkiezingen in deze landen zijn jong. Net als de groeiende achterban voor hun nationalistische boodschap in sommige Europese landen.
Volgens persbureau AP zetten de rechts-populistische partijen in Europa steeds meer in op jongeren. En niet alleen door jonge lijsttrekkers naar voren te schuiven. Ook door het organiseren van bijeenkomsten, met springkastelen voor kinderen, bieravonden voor de volwassenen en intensieve campagnes op social media.
Overigens is de trend van jonge Europese lijsttrekkers ook te zien in het politieke midden en op links. Maar bij de populisten aan de rechterkant is het extremer.
In Frankrijk, Italië, Duitsland en Oostenrijk zijn jongeren sowieso meer gaan stemmen op nationalistische partijen. De Italiaanse Lega kreeg vorig jaar 17 procent van de stemmen onder 18 tot 34 jarigen. Bij de verkiezingen in 2013 was dat 5 procent. In Oostenrijk is de FPÖ inmiddels de populairste partij onder jongeren. In 2017 behaalde die 30 procent van de stemmen bij deze leeftijdsgroep, de verkiezingen daarvoor was het 22.
Ook de AfD in Duitsland en de Rassemblement national (van Le Pen) winnen terrein onder jonge kiezers. De 23-jarige Jordan Bardella is het gezicht van Rassemblement bij de Europese verkiezingen. Hij werd op zijn 16e lid van de partij en wordt in Franse media een rijzende ster van de politiek genoemd.
"De generatie die zich verbindt aan de nationalistische politieke bewegingen van vandaag, is de generatie die morgen zal worden opgeroepen om Europa te leiden." Dit citaat van Bardella maakt duidelijk wie hij hoopt te inspireren: zijn leeftijdsgenoten.
De lijsttrekker uit Parijs maakt gretig gebruik van de Franse cultuur om zijn anti-immigratieboodschap kracht bij te zetten. Door bijvoorbeeld stripfiguren Asterix en Obelix of houten vaten cognac als achtergronddecor te gebruiken bij zijn toespraken.
Dries Van Langenhove, de 26-jarige lijsttrekker van Vlaams Belang, maakt ook graag gebruik van symboliek. Hij kreeg in 2018 landelijke bekendheid als oprichter van de ultrarechtse jongerenbeweging Schild & Vrienden toen die groep een pro-migrantenprotest verstoorde. Leden trokken een grote EU-vlag van de kasteelmuur van fort Gravensteen in Gent, voor het oog van de camera's.
De VRT infiltreerde de chatgroepen van Schild & Vrienden en berichtte over expliciet racisme. Van Langenhove noemde de reportage een lastercampagne. Ondanks de controverse groeide hij dit jaar uit tot lijsttrekker in de provincie Vlaams-Brabant. En ook bij de komende verkiezingen voor het Europees Parlement (EP) is hij nummer 1 op de lijst.
Peter Kofod (29) voert de lijst aan bij de Deense Volkspartij. Vijf jaar geleden kwam hij in de gemeenteraad en ditmaal gaat hij voor een zetel in Straatsburg en Brussel. De populistische partij kreeg bij de laatste verkiezingen in Denemarken een vijfde van de stemmen onder jongeren.
17 jaar
Maar de verjonging van EP-kandidaten gebeurt dus niet alleen op de rechterflank. In Nederland is de lijsttrekker van pro-EU-partij Volt, Reinier van Lanschot, 29 jaar. De jongste op Volts kieslijst is zelfs pas 17 jaar oud, Bibi Wielinga. Als ze wordt verkozen, en die kans is erg klein, dan mag ze pas in het Europees Parlement plaatsnemen zodra ze 18 jaar wordt.
"Het Europees Parlement heeft altijd veel jonge medewerkers gehad", zegt EU-correspondent Bert van Slooten, "alleen nooit echt jonge politici." De gemiddelde leeftijd in het parlement schommelt nu rond de 55 jaar. "Maar dat is aan het veranderen. De SP heeft bijvoorbeeld een 34-jarige lijsttrekker. Bij GroenLinks, D66 en ook de VVD zie je jonge kandidaten in de top van de lijst."