Bedrijven met veel CO2-uitstoot: wij zijn niet 'de grote vervuilers'
De ondernemingsraden van zeventien grote bedrijven in Nederland roepen de politiek op om oog te hebben voor alles wat ze al doen om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan.
In een open brief aan de leiders van de politieke partijen in de Volkskrant schrijven ze dat ze bang zijn voor een eventuele CO2-belasting op de industrie. "In het slechtste geval storten dat soort belastingen onze fabrieken direct in de rode cijfers, verdwijnen onze banen en importeren we straks staal, benzine of chemie uit landen die minder ambitieus zijn met maatregelen op het gebied van klimaat en broeikasgas emissiereductie."
Onder de ondertekenaars zijn de ondernemingsraden van oliegiganten Esso, Shell en BP, chemiebedrijf Dow, staalbedrijf Tata Steel, producent van synthetische stoffen Indorama en kunstmestproducent Oci Nitrogen.
Het gaat volgens de bedrijven om tienduizenden werknemers in de industrie, die staal, goederen en energie produceren waarvan iedereen in Nederland gebruikmaakt. "Wij zijn trots op wat wij bijdragen aan de Nederlandse samenleving."
Niet leiden door emoties
Gideon Simmelink, lid van de OR van ExxonMobil Nederland, geeft in het NOS Radio 1 Journaal een toelichting op de brief. Hij wijst erop dat de industrie in Nederland erg efficiënt is en de uitstoot van broeikasgassen sinds de jaren negentig met 32 procent heeft teruggedrongen. "Het is fantastisch dat we dat hebben bereikt. En ik ben hartstikke blij dat we in Nederland een industrie hebben die basisproducten maakt die we allemaal nodig hebben."
Simmelink, die zelf chemisch engineer is, roept de politiek op om zich niet te laten leiden door emoties, maar door feiten. "Wie wil er straks in Nederland een efficiënte fabriek bouwen als je al extra moet investeren voor het klimaat en daarbovenop nog een CO2-belasting moet betalen?"
Klimaatdoelen
De bedrijven waarvan de ondernemingsraden de brief ondertekend hebben, stoten allemaal veel CO2 uit. Ze zeggen dat ze juist daarom een grote verantwoordelijkheid voelen en de bedrijven al decennia bezig zijn met maatregelen.
De Nederlandse industrie heeft de uitstoot van broeikasgassen sinds 1990 dus fors verminderd, stellen ze, waar de emissies bij transport en elektriciteit juist zijn gestegen. Met het terugbrengen van de emissies zijn miljarden gemoeid, "bedragen die je niet in vijf jaar terugverdient".
Het is daarom in hun ogen onterecht dat hun bedrijven worden aangemerkt als grote vervuilers. Ze nodigen de partijleiders en hun provinciale lijsttrekkers uit om langs te komen en met hen in gesprek te gaan.
Kritiek
Milieuorganisatie Natuur & Milieu vindt het jammer dat de bedrijven de suggestie wekken dat ambitieus klimaatbeleid zou leiden tot verminderde werkgelegenheid. Directeur Rob van Tilburg zegt dat dit niet het geval is als een CO2-belasting samengaat met een subsidieregeling voor duurzame oplossingen.
"We hebben altijd gezegd: sluis de opbrengsten van een CO2-beprijzing terug naar bedrijven zodat ze schone technologie kunnen toepassen en op die manier een voordeel kunnen krijgen ten opzichte van de concurrentie."
Het argument dat de industrie al veel uitstoot heeft teruggedrongen, klopt volgens Van Tilburg ook niet. "Nederland is qua duurzaamheid een van de langzaamste jongetjes in de klas. Dat we vooroplopen wordt niet gestaafd door de feiten."