Kabinet: Libië wist van evacuatieplan
Het kabinet vermoedt dat het regime van de Libische leider Kadhafi op de hoogte was van het Nederlandse plan om op zondag 27 februari met een helikopter uit Libië een Nederlander en een Zweedse te evacueren.
Dat staat in een brief aan de Kamer, waarin de ministers Rosenthal en Hillen uitleg geven over de aanhouding van de bemanning van de Nederlandse helikopter op die zondag op het strand van de stad Sirte.
"Het feitenrelaas van de directe overmeestering doet vermoeden dat het Libische regime voorkennis had over de operatie", melden de ministers de Tweede Kamer. "Op welke wijze deze kennis zou zijn verkregen, kan niet met zekerheid worden vastgesteld."
Geweld
Hoe de Libiërs ervan wisten is dus niet duidelijk, maar het staat vast dat het aanvliegen van de Nederlandse helikopter geen verrassing was. De Nederlanders werden na aankomst meteen overmeesterd.
"Direct na de landing, en het daaropvolgende uitstappen van het derde bemanningslid van de helikopter, werd [de evacué] vastgenomen en verschenen van alle kanten gewapende mannen die de bemanning direct onder schot hielden en het derde bemanningslid vastnamen. De gezagvoerder heeft geen kans gezien om bij het eerste onraad nog te vertrekken."
Dat er iets was misgegaan werd duidelijk toen de helikopter niet op tijd terugkeerde naar het schip. De werkgever van de evacué nam daarop contact op met de man en kreeg te horen dat ze opgepakt waren.
Eén van de bemanningsleden heeft achteraf in Nederland verklaard dat er fysiek geweld is gebruikt bij zijn eerste verhoor. Hij heeft dit eerder verzwegen om de andere bemanningsleden niet ongerust te maken.
Geen alternatief
Hillen en Rosenthal schrijven dat het kabinet verantwoordelijkheid neemt voor het mislukken van de actie en dat het de gevolgen van de vasthouding van de drie militairen betreurt.
Uit de brief blijkt dat het kabinet geen alternatief zag voor de evacuatie met de Lynx-helikopter, die vanaf het fregat Hr. Ms. Tromp opsteeg. Daarbij speelde ook mee dat de Nederlander die opgehaald moest worden, zijn paspoort niet bij zich had. Dat lag volgens de regels van zijn bedrijf op het hoofdkantoor in Tripoli.
"Er leek in Libië in die dagen sprake van een 'kantelmoment', waarbij de situatie elk moment aanzienlijk zou kunnen verslechteren", schrijft het kabinet. "De mogelijkheden om de nog in Libië verblijvende Nederlanders in de meer onveilige en ontoegankelijke plaatsen te evacueren, namen met het vorderen van de tijd zienderogen af."
Kantoor dicht
Het was vooral de werkgever van de man die aandrong op evacuatie, met het oog op de verslechterende veiligheidssituatie in Libië. "Het alternatief was om de betrokken Nederlander niet te evacueren en daar in een onvoorspelbare situatie achter te laten", schrijven de ministers.
Dat van tevoren niet geprobeerd werd toestemming te krijgen van het regime in Libië, had meerdere oorzaken. Ten eerste was het weekend en het kantoor dat toestemming moest verlenen, was gesloten.
Daarnaast was er "het risico dat het regime de operatie zou proberen te hinderen". Daarom werd besloten het risico te nemen, omdat de actie van korte duur zou zijn en de Libiërs zou moeten verrassen. Het kabinet weet niet waarom het lijkt of de Libiërs ervan wisten, maar "dat een belangrijk onderdeel van het operatieplan, het verrassingselement, verloren was, staat helaas vast."
Mislukte actie
Overigens was de boordhelikopter van de Tromp twee dagen voor de mislukte evacuatie ook gebruikt om in de havenplaats Misrata zes Nederlanders op te halen. Ook voor deze actie was geen toestemming aan Libië gevraagd.
Die actie mislukte doordat de Nederlanders waren tegengehouden door Kadhafi-getrouwen. De helikopter vloog toen onverrichter zaken terug.
De Nederlanders werden later door de Italiaanse marine opgepikt.
Lees hier het feitenrelaas.