Veldrijdster Brand is beter dan ooit, maar dat is de concurrentie ook
De ene na de andere Nederlandse veldrijdster wint dit seizoen een cross. Of het nu Marianne Vos (zes zeges) is, Annemarie Worst (Europese titel), Lucinda Brand (vijf zeges) of nieuwkomer Denise Betsema (negen zeges).
"Waarom we het zo goed doen? Ik weet het niet", reageert Brand vanuit Huijbergen, waar zondag de nationale titelstrijd op het programma staat. "We prikkelen elkaar, denk ik. Of misschien zit het in de lucht."
'Trainen, trainen, gewicht verliezen en trainen'
Brand, Nederlands kampioene van 2018, kan in elk geval wel zeggen waarom zij het zo goed doet dit seizoen. Ze heeft flink aan haar conditie gewerkt sinds ze twee jaar geleden voor Sunweb ging fietsen.
"Trainen, trainen, gewicht verliezen en nog eens trainen", legt de 29-jarige uit. Ze heeft een aangepast dieet gevolgd en heeft nu haar ideale gewicht. "Ik heb af en toe lekkere dingen laten staan, want elke kilo moet je meezeulen. In het veldrijden helpt me dat zeker."
Brand werd ook op de weg beter, ze stak in 2018 overal haar neus aan het venster. In de Amstel Gold Race werd ze tweede achter Chantal Blaak, in een zware Giro Rosa belandde ze net naast het podium en op de WK tijdrijden snelde ze naar de zesde plaats. Om in de wegrace nog eens negende te worden.
"Misschien is het niet zo opgevallen, omdat ik geen koers heb gewonnen. Maar fysiek voelde ik me heel erg sterk afgelopen jaar. Ik word vierde in de Giro Rosa, daar heb je een ontwikkeling voor nodig. Want dat was veel klimmen en juist daarin ben ik een stuk beter geworden."
Nauwelijks twee maanden na dat wegseizoen stapte ze op haar crossfiets en prompt reed ze ook daar weer met de besten mee. Ze won twee wereldbekerwedstrijden. En nu staat ze als één van de favorieten aan de start van de NK in Huijbergen, waar ze haar nationale titel succesvol hoopt te verdedigen.
'Glibberen op het grasveld'
Ze verkende zaterdag alvast het parcours. "Het is zwaar. De klimmen zijn zwaar, het lopen is zwaar. En het is veel glibberen op het grasveld, meer dan ik had verwacht. Of ik kampioen kan worden? Dat denk ik wel. Maar de concurrentie is groot natuurlijk."
Het heet een NK, maar gezien het deelnemersveld zou ook het stempel 'WK' zondag niet misstaan. "Er zijn een paar internationale rijdsters die ontbreken, maar je zou het een officieus WK kunnen noemen."
WK
Over WK's gesproken, Sanne Cant is straks op de 'echte' mondiale titelstrijd wellicht nog de grootste concurrente. De Belgische won zaterdag haar nationale kampioenschap, al voor het tiende jaar op rij. Maar net als bij de EK veldrijden begin november, kan het in het Deense Bogense straks best wel weer eens een Nederlandse 1-2-3 worden.
Bij die Europese titelstrijd deed Brand, na een lang wegseizoen, nog niet eens mee en stonden Worst, Vos en Betsema op het podium. "Wie nu de beste is? Dat zien we zondag. Het hangt van het parcours af. Dat is inherent aan veldrijden. We zijn heel erg aan elkaar gewaagd, dan maakt een parcours het onderscheid."
"Dit parcours ligt me goed. Maar het ligt Denise Betsema ook goed. Verder is het wel erg glibberig, dus techniek komt erbij kijken. Dat is zeker iets voor Marianne. En Annemarie Worst moet je niet vergeten, want zij kan ook zware wedstrijden aan."