De toren van Pisa staat vier centimeter minder uit het lood
De toren van Pisa is de afgelopen twintig jaar vier centimeter minder uit het lood gaan staan. Volgens een comité van internationale deskundigen dat toezicht houdt op de toestand van het fotogenieke monument, vermindert de scheefstand van de Toscaanse klokkentoren uit de 12e eeuw langzaam maar zeker.
De 57 meter hoge toren sloot in 1990 voor het eerst in 800 jaar de deuren voor het publiek, uit angst dat de toeristische trekpleister wel eens omver zou kunnen vallen. Het monument stond toen 4,5 meter uit het lood.
Tussen 1993 en 2001 heeft een team van experts vervolgens gewerkt aan de stabilisatie van de toren. Zo werden tonnen aan lood als contragewicht aangebracht in de fundering. De kosten bedroegen zo'n 225 miljoen euro.
Toren kantelde al na vijf jaar
Door de bouwkundige ingrepen werd de scheefstand al teruggebracht met 45 centimeter. Sinds de restauratie is daar dus nog eens vier centimeter bijgekomen.
De scheefstand hoort bij de toren van Pisa. Al vijf jaar na het begin van de bouw van de klokkentoren in 1173 begon het bouwwerk te kantelen.
De bodem van zand en klei waarop de toren is gebouwd, is aan de zuidkant zachter dan aan de noordkant. Toen de bouwers destijds aan de derde verdieping begonnen, begon de fundering al een beetje te zakken.
Verjongingskuur
De internationale deskundigen die de toren van Pisa nauwlettend in de gaten houden zijn optimistisch over de toekomst van het bouwwerk. "De stabiliteit van de klokkentoren is beter dan verwacht", zegt hoogleraar Nunziante Squeglia van de Universiteit van Pisa. Ook heeft de restauratie, volgens de experts, ertoe geleid dat de toren een verjongingskuur heeft gehad van zeker twee eeuwen.