Late twintigers blijven langer bij hun ouders wonen
Late twintigers, tussen de 25 en 30 jaar, wonen in de Europese Unie steeds langer bij hun ouders thuis. Dat blijkt uit cijfers van Eurostat en het CBS. Vorig jaar woonden 42 procent van de late twintigers in de EU nog thuis, in 2010 was dat 38 procent.
Ook in Nederland is het aantal 25- tot 30-jarigen dat nog bij de ouders woont gestegen. Bijna een op de vijf (18 procent) van deze groep woont nog niet op zichzelf. In 2010 was dit 14 procent. In België is dat percentage in die periode harder gestegen: van 21 naar 35 procent en ook in Ierland is een grote verschuiving te zien.
Mannen later weg
Lang bij ouders blijven wonen komt het meest voor in Zuid- en Oost-Europa. In Kroatië, Griekenland en Malta is dat aantal het hoogst. In de Scandinavische EU-landen zijn de percentages het laagst.
In elk EU-land gaan mannen gemiddeld later op zichzelf wonen dan vrouwen. In Kroatië woont 86 procent van de mannen tussen de 25 en 30 jaar nog bij de ouders, het hoogste aantal in de hele EU.
Dat late twintigers langer thuis blijven wonen, kan verschillende oorzaken hebben zoals studieschulden, werkloosheid en een gebrek aan betaalbare woningen.