Phillip Cocu en Frank de Boer langs de lijn tijdens Ajax-PSV in 2014
NOS Voetbal

Waarom willen buitenlandse clubs geen Nederlandse trainers meer?

  • Marco Hochgemuth

    redacteur Sport

  • Marco Hochgemuth

    redacteur Sport

Wat is er toch aan de hand met Nederlandse trainers in het buitenland? Nog niet zo heel lang geleden waren Nederlandse coaches een belangrijk exportproduct. Maar daar is helemaal niets en niemand meer van over: in geen enkele aansprekende buitenlandse competitie is nog een Nederlandse trainer te vinden.

Phillip Cocu, Frank de Boer, Peter Bosz: zelfs de crème de la crème van de eredivisietrainers was snel klaar in het buitenland en zit nu thuis. Waarom worden Nederlandse (top)trainers niet meer gepruimd? We vroegen het aan de Britse journalist Simon Kuper (Financial Times) en oud-voetballer Rob McDonald, die als mediator werkt voor Nederlandse trainers die in het buitenland aan de slag willen.

'Achterlijk en niet innovatief'

Kuper is helder in zijn analyse: "Het Nederlandse voetbal is achterlijk en heeft een slechte reputatie. Het is niet innovatief, het is traag en de spelers zijn minder ontwikkeld. Het is voetbal uit het jaar 2000."

"Een speler die goed is in de eredivisie, is niet automatisch goed in het buitenland. Kijk naar Memphis Depay: veruit de beste speler in de eredivisie, maar niet goed genoeg voor Manchester United. Hetzelfde geldt voor de trainers. Dat besef is ook doorgedrongen in het buitenland", aldus Kuper, auteur van meerdere boeken over voetbal, waaronder 'Dure spitsen scoren niet'.

'Niet goed voor business'

McDonald, oud-speler van onder meer FC Groningen, PSV en Newcastle United, merkt in zijn werk als mediator dat het imago van de Nederlandse trainer niet goed is. "Ik baal ervan, want het is niet goed voor de business", zegt de Engelsman.

Hij bestrijdt echter dat het aan het niveau van de eredivisie ligt. "Ik hoor veel mensen over de Mickey Mouse-competitie, maar het is niet zo erg als bijvoorbeeld in Schotland. En er worden veel goede spelers opgeleid, daar zijn de coaches ook verantwoordelijk voor."

Koppig en eigenzinnig

Beide heren zijn het er wel over eens dat er iets schort aan de instelling van Nederlandse trainers: ze zijn te eigenzinnig. "Ze houden in het buitenland altijd vast aan hun eigen visie, maar ze moeten een beetje meespelen met het systeem", meent McDonald. "Ze zijn koppig en niet flexibel. Verander eens wat, doe eens wat, denk ik weleens. Ze moeten problemen neerleggen voor hun tegenstander."

Frank de Boer had het zwaar bij Crystal Palace

Kuper stelt het nog iets harder. "Toen Frank de Boer bij Crystal Palace kwam, had hij het idee van: wij hebben het voetbal uitgevonden en ik ga de boel omgooien. Maar je werkt toe naar een stijl die niet werkt. Balbezit, veel overspelen. En als dat dan niet lukt, heb je weinig krediet. Want je bent een Nederlandse trainer."

Trainers uit Portugal en Spanje hebben in het hedendaagse voetbal veel meer geloofwaardigheid. "Zij brengen passie en mentale weerbaarheid", aldus McDonald. En Kuper stelt: "Als Nederlandse coach kun je in het buitenland eigenlijk alleen slagen als je meteen al je wedstrijden wint."

Old boys network

Toch blijft het raadselachtig dat trainers als De Boer en Cocu, samen goed voor zeven Nederlandse landstitels in de afgelopen acht jaar, hun buitenlandse avonturen in recordsnelheid zagen mislukken. Volgens McDonald is er voor hen nog hoop.

"Het is simpel: de clubs pasten niet bij goed bij hen. Je gaat mij niet vertellen dat als De Boer een club vindt die aanvallend wil spelen, hij geen succes kan boeken. Hetzelfde geldt voor Cocu, Peter Bosz, Jaap Stam en ook Gertjan Verbeek. Ze moeten wel allemaal goed in de spiegel kijken en nadenken: welke club past echt goed bij mij."

Phillip Cocu kende weinig voorspoed bij Fenerbahçe

Maar volgens Kuper liggen de problemen wel wat dieper: hij signaleert een old boys network binnen het Nederlandse trainersgilde. "Als tiener zitten ze al samen bij Oranje en als er dertig jaar later een vacature vrijkomt, kent iedereen elkaar al. Cocu en Van Bronckhorst zijn bijvoorbeeld echte topvoetballers geweest. Dus krijgen ze later automatisch een grote trainersbaan in Nederland."

"Maar we weten allemaal dat topvoetballers niet automatisch goede trainers zijn. Met als ultiem voorbeeld Marco van Basten, wiens eerste echte baan als trainer meteen bondscoach van Oranje was."

Nederlandse trainers in Europa op het hoogste niveau

Jurgen Streppel Anorthosis Cyprus
André Paus Enosis Neon Paralimni FC Cyprus
John Lammers Esbjerg fB Denemarken
Ben van Dael (interim) Zaglebie Lubin Polen
Rini Coolen (interim) Rosenborg BK Noorwegen
Erwin Koeman (interim) Fenerbahçe Turkije

Golfbeweging?

Moeten we ons zorgen maken? Gerard Marsman, directeur van Coaches Betaald Voetbal (CBV), zei onlangs dat er altijd sprake is van een golfbeweging als het gaat om de populariteit van Nederlandse trainers. Het komt volgens hem dus vanzelf weer goed.

Kuper zucht diep als hij die uitspraak hoort. "Toen de crisis in Duitsland uitbrak, begin deze eeuw, is daar alles omgegooid. Jürgen Klinsmann, die rare vogel uit Californië, werd benoemd tot bondscoach. Buitenlanders als Louis van Gaal en Pep Guardiola werden naar de Bundesliga gehaald. Ze luisterden naar het buitenland. In Nederland zie je dat besef helemaal niet."

"In Duitsland leggen ze de lat op de eerste plaats. Nederland legt de lat lager. Maar dat is ook het voordeel van een kleiner land. Daar kan dat. Daar wachten ze gewoon weer op een nieuwe generatie."

'Oranje is het belangrijkste'

McDonald gelooft wel in de golfbeweging van Marsman. "Als je een half jaar geleden had gezegd dat Ajax en PSV in de Champions League zouden spelen en Oranje het weer goed zou doen, had niemand dat geloofd. Dat is het mooie aan voetbal en zeker aan het Nederlandse voetbal."

Georginio Wijnaldum en Memphis Depay kunnen weer lachen bij Oranje

"Iedereen smult weer van Ajax en PSV laat in Europa ook aardige dingen zien. Maar voor het buitenland is Oranje het belangrijkste. Als het Nederlands elftal weer stabiliteit en resultaten laat zien, gaan ze in het buitenland weer in Nederland geloven. En dan kijken ze ook weer naar de trainers."

Lichtpuntjes

Ook Kuper geeft toe dat hij wel lichtpuntjes ziet. "In het buitenland duurt het altijd even voor het doorsijpelt. Misschien worden ze langzaam wakker, dus kijken ze er over een half jaar misschien anders tegenaan."

"Ik heb ook met veel plezier naar Ajax gekeken. Snel, naar voren. Zo was het onder Bosz en zo is het nu onder Erik ten Hag. Dat zijn trainers die veel hebben rondgekeken, ook in het buitenland, en als voetballer nooit echt grote prijzen hebben gewonnen. Ten Hag maakt echt indruk. Om er als niet-topvoetballer tussen te komen in Nederland, moet je echt beter zijn."

Toch hoeft de vlag voor de Nederlandse trainers volgens Kuper nog lang niet uit. Zijn eindconclusie is helder: "Het Nederlandse voetbal is dom geworden. Het voordeel van Nederland was altijd dat het slimmer was dan de rest. Als je dat niet meer bent, ben je een normaal land geworden."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl