De vrome Maria van Gelre met haar gebedenboek
NOS Nieuws

Het 'mooi verluchtigde' plan B van Maria van Gelre

  • Rachel de Meijer

    Redacteur

  • Rachel de Meijer

    Redacteur

Vanaf vandaag zijn bladzijden uit het Gebedenboek van Maria van Gelre te zien in museum het Valkhof in Nijmegen. Dat is bijzonder, want tot een paar jaar geleden was dit laat-middeleeuwse handschrift zo kwetsbaar dat het niet aangeraakt mocht worden. Een omvangrijk restauratie-project maakt het nu mogelijk een deel van deze bladzijden met gedetailleerde miniaturen weer te zien.

Kinderloos

Maria van Gelre kwam begin vijftiende eeuw naar Nederland om te trouwen met de hertog van Gelre en voor nageslacht te zorgen. Zo ging dat in die tijd, een gearrangeerd huwelijk tussen Europese adel. Maar na jaren proberen bleef het huwelijk kinderloos. "En om het een beetje oneerbiedig te zeggen, schakelde de devote Maria van Gelre over op plan B", zegt hoogleraar Johan Oosterman van de Radboud Universiteit.

"Ze ging zich volledig wijden aan het geloof en gaf opdracht tot het maken van een van de belangrijkste handschriften uit de late middeleeuwen. Een boek met voor elk moment van de dag een gebed. Er zijn weinig gebedenboeken zo rijk en mooi verluchtigd, als dit handschrift", zegt Oosterman.

Swipe hieronder door enkele pagina's uit het boek:

  • Staatsbibliothek zu Berlin
  • Staatsbibliothek zu Berlin
  • Staatsbibliothek zu Berlin
  • Staatsbibliothek zu Berlin
  • Staatsbibliothek zu Berlin
  • Staatsbibliothek zu Berlin

Het aantal bladzijden (1200), de hoeveelheid miniaturen (100) en de grote variëteit in gebeden maken het uniek. Maar toen de hoogleraar Nederlandse taal en cultuur het handschrift jaren geleden wilde raadplegen in de staatsbibliotheek van Berlijn (het is daar door overerving terechtgekomen) bleek dat onmogelijk.

Op de doos waarin het werk zich bevindt stond: Für die Benutzung gesperrt, wat zoveel betekent als 'niet raadpleegbaar'. Het werk was zo kwetsbaar geworden dat de minste beweging de conditie verder zou verslechteren.

Oosterman vond het onacceptabel dat het boek niet was in te zien en startte een crowdfunding-actie om restauratie en conservering mogelijk te maken. En dat is gelukt. In een unieke samenwerking tussen de Radboud Universiteit en de Staatsbibliotheek in Berlijn worden nu alle pagina's grondig bestudeerd op beschadigingen en waar mogelijk hersteld en geconserveerd voor de toekomst.

De restauratoren zijn de monniken van de 21ste eeuw. Elk stukje verf en perkament wordt nagelopen. Katarzyna Schirmache is een van de drie restauratoren die met engelengeduld dit arbeidsintensieve werk uitvoeren:

'Ik heb nog nooit met zo'n mooi handschrift gewerkt'

"Het handschrift is digitaal te raadplegen, maar dat maakt onderzoek maar beperkt mogelijk," zegt Eef Overgaauw, verbonden aan de Staatsbibliotheek van Berlijn en gespecialiseerd in middeleeuwse handschriften. "Je kunt heel veel zien op scans, maar de techniek van het schilderen zie je niet. je kan het perkament niet voelen en bovendien ontbreekt de bijzondere sensatie die je krijgt als je een boek vasthoudt dat 600 jaar oud is. Dat is heel bijzonder."

Op de vraag of het boek niet in zijn geheel terug moet naar Nijmegen zegt Overgaauw geen antwoord te hebben. "Er zijn veel kunstwerken door diefstal en bedrog op een bepaalde plaats terechtkomen, maar bij dit handschrift hebben we geen enkele aanwijzing dat dat zo is." Overigens liggen niet alle pagina's in Berlijn, 133 bladzijden bevinden zich sinds begin achttiende eeuw in Wenen.

De 40 pagina's die vanaf morgen te zien zijn, worden verdeeld over twee perioden getoond. De eerste zes weken de eerste twintig, de tweede periode de andere helft. Want ook al zijn ze nu geconserveerd, het blijven kwetsbare kunstvoorwerpen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl