Macron erkent martelingen door het Franse leger in Algerije

De Franse staat heeft voor het eerst toegegeven dat het leger zich tijdens de Algerijnse oorlog (1954-1962) schuldig maakte aan het laten verdwijnen en martelen van politieke tegenstanders, soms met de dood tot gevolg.

Dat gebeurde bij een bezoek van president Macron aan de 87-jarige weduwe van Maurice Audin (1932-1957), een wiskundige en een communist die zich inzette voor de Algerijnse onafhankelijkheidsstrijd.

Macron gaf toe dat de Franse staat verantwoordelijk is geweest voor de dood van haar man. Hij vroeg om vergiffenis en beloofde de archieven over de oorlog open te stellen. "Iedereen moet de waarheid kennen", zei hij. Ook riep hij getuigen van de dood van Audin op zich te melden en een verklaring af te leggen.

Vermoord of doodgemarteld

Audin werd in 1957 in Algerije door Franse militairen opgepakt en overleefde het niet. Mogelijk werd hij doodgemarteld. Zijn lichaam is nooit teruggevonden. Macrons voorganger Hollande kwam nooit verder dan de verklaring dat Audin in gevangenschap was gestorven.

De dood van Audin werd het symbool van bloedige onderdrukking van het Algerijnse onafhankelijkheidsstreven. Een plein in de hoofdstad Algiers is naar hem genoemd.

In een verklaring die vandaag door het presidentieel paleis is uitgegeven staat hoe militairen in staat werden gesteld om mensen uit de weg te ruimen die zich voor de Algerijnse onafhankelijkheidsstrijd hadden ingezet.

De militairen kregen speciale volmachten om iedereen die als verdacht werd aangemerkt op te pakken, vast te zetten en te ondervragen. "Dit systeem werd helaas de basis voor verschrikkelijke handelingen, zoals het martelen in de Audin-affaire", meldt de verklaring.

In dat systeem werd marteling als "een rechtmatig middel" beschouwd, niet alleen tegen het Algerijnse Nationale Bevrijdingsfront (FLN) maar ook tegen iedereen die met het FLN sympathiseerde.

Relatie met Algerije

Macron sprak bij het bezoek aan Josette Audin zijn hoop uit voor een nieuw tijdperk in de Frans-Algerijnse relatie. Die is nog altijd bitter door de wreedheid waarmee de strijd destijds gepaard ging.

Het aantal doden aan Franse kant wordt geschat op 17.500, dat aan de kant van het FLN op 300.000. De schattingen over het aantal omgekomen burgers lopen uiteen van 350.000 tot 1,5 miljoen.