Vormcrisis en blessures: de pijnlijke parallel tussen Dolberg en Jørgensen

Van Danish Dynamite tot... ja, wat eigenlijk? Na een stormachtige opkomst, een lonkende toptransfer en een wereldkampioenschap om snel te vergeten staan achter de namen van Feyenoord-spits Nicolai Jørgensen en Ajax-collega Kasper Dolberg nu vooral vraagtekens.

En niet van het goede soort, zoals: waar ligt zijn plafond? Of: welke club smijt met miljoenen om hem op te pikken?

Zoals amper een jaar geleden wél het geval was bij beide Deense topschutters.

1. Het topjaar

Wat waren Ajax-fans blij dat Dolberg bleef, in de zomer van 2017. Het 19-jarig broekie stond bij iedere Europese topclub op het lijstje, dankzij een indrukwekkend debuutseizoen in Amsterdam.

Met 16 goals in 29 eredivisie-duels en een voorname bijdrage aan het behalen van de Europa League-finale (hij maakte zes doelpunten), overtrof Dolberg alle verwachtingen. De weg naar de top lag wagenwijd open.

Landgenoot Jørgensen deed het cijfermatig nog een slag beter. In zijn debuutwedstrijd, op bezoek bij FC Groningen, was de aanvaller direct goed voor een goal en een assist. Het bleek de start van een topseizoen.

Met 21 doelpunten kroonde Jørgensen zich tot topscorer van de eredivisie, terwijl hij ook de meeste assists gaf van alle spelers op het hoogste niveau: 14. De titel van Feyenoord in 2016/2017 was dan ook voor een aanzienlijk deel op zijn conto te schrijven.

2. Het 'megabod'

Ondanks de mooie cijfers van Jørgensen twijfelde Ronald Koeman, destijds trainer van Everton, openlijk of de spits goed genoeg zou zijn voor de "bovenste helft van de Premier League".

Newcastle United legde de lat minder hoog en bood begin 2018 zo'n 17 miljoen euro. Van een transfer kwam het echter niet.

Over Dolberg had vrijwel niemand twijfels, een ster was geboren en voor zulke spelers mocht flink worden betaald. AS Monaco had meer dan 50 miljoen euro over voor het Deense supertalent.

Maar Ajax hield hem in Amsterdam en zo snel als de ster van Dolberg was gerezen, zo snel ging het ook weer bergafwaarts met de jonge spits.

3. Het mindere jaar

Tien wedstrijden, nul goals, nul assists. De roep om de teruggekeerde Klaas-Jan Huntelaar zwol begin vorig seizoen al snel aan, toen de prestaties van Dolberg ver achterbleven bij de inmiddels hooggespannen verwachtingen. "Voor mij is Kasper de eerste spits", sprak toenmalig Ajax-trainer Marcel Keizer medio september zijn steun uit. Twee dagen later zat Dolberg op de bank tegen ADO Den Haag.

De jongeling knokte zich terug in de basis, maar liep in de laatste wedstrijd voor de winterstop een hardnekkige voetblessure op, die hem ruim drie maanden aan de kant hield. Dolberg besloot het seizoen op 23 eredivisie-potjes, waarvan twaalf invalbeurten en zes goals.

Jørgensen verging het niet veel beter. De Feyenoorder startte teleurstellend, met één goal in zeven wedstrijden en een knieblessure die hem drie eredivisieduels en twee Champions League-wedstrijden kostte. Vervolgens brak de Deens international zijn hand en kampte hij met "omstandigheden in de privésfeer".

In de eerste wedstrijd na de winterstop liep Jørgensen prompt tegen zijn eerste rode kaart op, waarna een doelpuntloze reeks van zeven duels volgde. Het was slechts aan zijn openingstreffer in de gewonnen bekerfinale te danken dat de spits met zelfvertrouwen afreisde naar de nationale ploeg, die deelnam aan het WK.

4. De WK-schlemiel

Van dat goede gevoel was op 1 juli echter bijzonder weinig over, toen Jørgensen uit wanhoop de handen voor zijn ogen sloeg. Danijel Subasic had een seconde daarvoor weinig moeite gehad met zijn matig ingeschoten strafschop.

De misser bleek tot overmaat van ramp beslissend. Ivan Rakitic schoot wél raak, Kroatië won de penaltyreeks en ging door naar de kwartfinales, Denemarken was uitgeschakeld. En Jørgensen eindigde het WK op één basisplaats, twee invalbeurten en nul treffers.

Dolberg bekeek het tafereel van de zijlijn. Bondscoach Age Hareide deed wederom geen beroep op hem, zoals de Ajacied ook was overkomen in de groepsduels met Peru en Australië. Alleen tegen Frankrijk mocht Dolberg meedoen, vijftien minuten voor tijd viel hij in.

5. De onzekere toekomst

2018/2019 moet voor Dolberg en Jørgensen het seizoen van de sportieve revanche worden, het seizoen waarin het tweetal een punt zet achter een teleurstellend jaar. Maar die race naar de topvorm begon voor beiden met een valse start.

Twee dagen voor de start van het nieuwe seizoen, voor Ajax de Europese ontmoeting met Sturm Graz, liep Dolberg een buikblessure op. De kwetsuur leek mee te vallen, maar ruim een maand later traint de spits nog altijd apart van de groep. Wanneer hij zijn rentree kan maken is onduidelijk.

"Ik heb goed nieuws gehoord over Dolberg, hij heeft een paar goede stappen voorwaarts gemaakt", zei Ajax-trainer Erik ten Hag vrijdag. "Maar hij is nog altijd niet in teamtraining en heeft, op een paar wedstrijden vanaf de bank, acht maanden buitenspel gestaan..."

Jørgensen is dichter bij een comeback. De Feyenoorder hervatte dinsdag de groepstraining na een voetblessure, maar kwam net als Dolberg nog geen minuut in actie. De Europese blamage tegen AS Trencín en de zwakke of wisselvallige competitiewedstrijden tegen De Graafschap, Excelsior en sc Heerenveen gingen alle aan zijn neus voorbij.

Giovanni van Bronckhorst verwacht dat zijn aanvalsleider na de interlandbreak "een stuk verder zal zijn", maar de vraag is hoe Jørgensen terugkomt. Zien we weer de messcherpe topscorer én aangever van 2016/2017, of de zwoegende spits van vorig seizoen?