Het behaagt Zijne Majesteit de Militaire Willems-Orde zélf uit te reiken
Piet van Asseldonk
redacteur Koninklijk Huis
Piet van Asseldonk
redacteur Koninklijk Huis
De wereld van de koninklijke onderscheidingen is er eentje van vele rangen en standen. Ook als het gaat om de wijze van uitreiken. Eenvoudige onderscheidingen worden uitgereikt door lagere bestuurders zoals burgemeesters en wethouders. Ze beginnen die standaard met de woorden: "Het heeft zijne majesteit behaagd... ".
Al die lintjes worden, zoals de Kanselarij der Nederlandse Orden het formuleert "eigenlijk nooit door de koning zelf opgespeld". Dat ligt allemaal anders als het gaat om de uit 1815 daterende Militaire Willems-Orde. Het 'behaagt' de koning die zelf, met groot ceremonieel, uit te reiken. Sterker nog: hij is dat in beginsel verplicht.
Piloot
Komende vrijdag zal Willem-Alexander de "oudste en hoogste Nederlandse Ridderorde en dapperheidsonderscheiding" uitreiken aan majoor-vlieger Roy de Ruiter; in aanwezigheid van koningin Máxima en minister-president Mark Rutte. Deze 36-jarige piloot van een Apachehelikopter, die overigens niet meer in militaire dienst is, maar als vlieginstructeur in Oman werkt, wordt geridderd "vanwege zijn te allen tijde beleidvol, gedreven en moedige optreden tijdens uitzendingen in Afghanistan".
Nederland voerde in de voorbije jaren, behalve in Afghanistan, tal van vredesmissies uit in andere landen, waaronder Libanon, Irak, Bosnië en Herzegovina (Srebrenica), Cambodja en Mali. Maar Afghanistan is 'grootleverancier' van dragers van de Militaire Willems-Orde. Deelnemers aan andere militaire missies kwamen daarvoor tot nu toe niet in aanmerking.
Marco Kroon
Nadat er ruim een halve eeuw geen nieuwe ridder in de Militaire Willems-Orde was benoemd, viel in 2009 deze eer te beurt aan majoor Marco Kroon. Zijn collega Gijs Tuinman kreeg in 2014 dezelfde onderscheiding. Twee jaar later (2016) kreeg hun beider eenheid, het Korps Commandotroepen, deze onderscheiding. Allemaal, net als de laatst benoemde ridder Roy de Ruiter, vanwege hun heldhaftig optreden in Afghanistan.
Dat de Militaire Willems-Orde de laatste jaren weer wat vaker wordt uitgereikt, heeft volgens defensiespecialisten ook te maken met de wervende werking die daar voor het militaire bedrijf van kan uitgaan. Dat moet het hebben van vrijwilligers en bovendien kampt defensie met personeelstekorten. Of dit met Marco Kroon zo werkte, is maar de vraag. Hij raakte in opspraak vanwege de verdenking van onder meer verboden wapen- en drugsbezit.
'Afghanistan-ridders'
Naast twee civiele ridderorden (Orde van de Nederlandse Leeuw en de Orde van Oranje Nassau) is de Militaire Willems-Orde de enige militaire ridderorde. Al die ordes kennen meerdere klassen, een soort rangen. De Willems-Orde kent er vier: Ridder Grootkruis, Commandeur, Ridder 3e en Ridder 4e klasse.
De recente 'Afghanistan-ridders' zijn allemaal benoemd in de 4e klasse. Dat geldt voor het overgrote deel van de vele ridders die hun onderscheiding in de periode 1945-1955 kregen voor hun dappere optreden tijdens de Tweede Wereldoorlog, de Politionele Acties in Nederlands-Indië en de Koreaanse Oorlog.
Uniformverbod
De hoogste klasse is het Grootkruis dat enkel aan staatshoofden wordt toegekend. Koningin Wilhelmina ontving deze onderscheiding als "moeder van het verzet" in 1948 uit handen van de net aangetreden koningin Juliana. De op één na hoogste klasse en vooral bedoeld voor hoge militairen is die van Commandeur.
Hij viel prins Bernhard in 1946 ten deel vanwege zijn militaire werk tijdens en na de oorlog. Des te pijnlijker was het uniformverbod dat vanwege de Lockheed-affaire tussen 1976 en 1991 voor Bernhard gold. Dat 'zelfs' dragers van de Militaire Willems-Orde zoals Marco Kroon in opspraak raken is dus niet nieuw.