Nicaraguanen vluchten voor 'Operatie Schoonmaak'

In Nicaragua is de onrust nog altijd niet voorbij. De regering probeert de protesten tegen president Ortega neer te slaan. De gevolgen van die crisis beginnen ze nu ook in buurland Costa Rica te merken. Daar komen steeds meer Nicaraguanen aan die vluchten voor het geweld.

Per week steken zo'n 1000 tot 3000 Nicaraguanen de grens over, melden Costa Ricaanse media. Hoewel een grove schatting, is dat een sterke toename vergeleken met een aantal weken terug. In de maand juni kwamen in totaal zo'n 3000 Nicaraguanen de grens over.

Volgens de VN zijn er sinds het begin van de protesten in april 23.000 asielaanvragen ingediend in Costa Rica. 8000 daarvan zijn nieuwe aanvragen, 15.000 aanvragen komen van Nicaraguanen die al langer in Costa Rica wonen.

Zorgen

De Costa Ricaanse regering is bezorgd over de toename. Daarom sloeg vicepresident Campbell afgelopen week alarm.

Hoewel zij het nog te vroeg vond om van een crisis te spreken, benadrukte ze dat Costa Rica maar een klein land is. Per week kunnen volgens haar maximaal 5000 vluchtelingen worden opgevangen. "De regering heeft 2015 nog in het achterhoofd", zegt correspondent Marc Bessems. "Toen had het land grote moeite met de opvang van een stroom Cubaanse migranten."

Het Midden-Amerikaanse land heeft de internationale gemeenschap om steun gevraagd. Met de hulp van de Internationale Organisatie voor Migratie en de UNHCR zijn nu twee opvangcentra ingericht.

Operatie Schoonmaak

De afgelopen maanden kwam de Nicaraguaanse bevolking in opstand tegen de regering. In eerste instantie begon dat als een klein protest tegen de verhoging van de pensioenpremie. Maar toen die demonstratie hardhandig werd neergeslagen door de regering, gingen steeds meer mensen de straat op.

Hoe kon de vlam zo in de pan slaan in Nicaragua? NOS op 3 maakte daarover eerder dit jaar deze video:

Sinds twee weken is dat geweld geïntensiveerd. Voor Ortega leek de maat vol toen er vlak voor de nationale feestdag, op 19 juli, nog altijd werd geprotesteerd. Operación Limpieza - 'Operatie Schoonmaak' - ging van start. Politie en militairen werden de straat op gestuurd om de barricades weg te halen en om betogers op te pakken. Bij die acties zouden ook scherpschutters zijn ingezet.

Discussie over dodental duurt voort

Volgens verschillende mensenrechtenorganisaties zijn sinds het begin van de protesten ruim 450 doden gevallen. Ortega spreekt dat tegen. Het aantal zou nergens op zijn gebaseerd en bovenal "overdreven" zijn.

Toch erkent hij dat er sinds het begin van de Schoonmaakoperatie meer doden zijn gevallen dan eerder gemeld. Eerder stelde de regering het dodental namelijk nog vast op 60, maar vannacht liet hij in een interview weten dat er 195 slachtoffers zijn.

Ortega wijt die doden overigens niet aan zijn eigen troepenmacht. Volgens hem zijn gewapende bendes, de oppositie en de Amerikaanse inlichtingendienst CIA verantwoordelijk.

Protesten gaan door

Met Operatie Schoonmaak kreeg president Ortega steden als Masaya, een van de belangrijkste plaatsen waar werd geprotesteerd, weer onder controle.

Desondanks blijven de Nicaraguanen demonstreren. Afgelopen zondag nog gingen duizenden mensen de straat op om hun steun te betuigen aan de Rooms-Katholieke Kerk en zijn bisschoppen. "De Kerk speelt een belangrijke rol in deze crisis", zegt Bessems. "Daar hebben ze sterke kritiek geuit op het regime en opgeroepen tot het uitschrijven van vervroegde verkiezingen."

Nu beschuldigt Ortega de bisschoppen van het plegen van een staatsgreep. Ook weigert hij vooralsnog gehoor te geven aan die oproep tot vervroegde verkiezingen: "Dat heeft geen enkele zin."