In duister voorportaal van Champions League snakt Ajax naar bijzondere wedstrijd

Met een thuiswedstrijd tegen Sturm Graz begint Ajax vandaag voor de tiende keer aan het kwalificatietraject van de Champions League. Een gelukkige historie met het voorportaal van het miljoenenbal hebben de Amsterdammers niet.

Bij de negen eerdere pogingen bereikte Ajax slechts drie keer het hoofdtoernooi. De laatste keer was in 2010, toen een zwaarbevochten zege op Dinamo Kiev voor een explosie van vreugde zorgde in de Arena.

In 2005 leverde een late zege op Brøndby een Champions League-ticket op en ook in 2003 kwam de plaatsing niet zonder slag of stoot tot stand. In dat jaar plaatste Ajax zich ten koste van een stadgenoot van de tegenstander van vanavond: Grazer AK.

Tomás Galásek, de maker van het verlossende doelpunt destijds, kan vijftien jaar later nog verbluffend veel details oplepelen over dat duel.

"Ja, natuurlijk", zegt de Tsjech. "Mooie momenten zullen me altijd bijblijven. En dit was een bijzondere wedstrijd voor mij, omdat ik Ajax naar de Champions League hielp met een silver goal."

Ook dat detail klopt. Want de UEFA experimenteerde in die jaren inderdaad met een variant op de golden goal, waarbij de tweede helft van de verlenging verviel als er een team op voorsprong stond. Toch is het niet verwonderlijk dat Galásek dat na al die tijd nog weet.

"Het was een rare en pijnlijke regel, die gelukkig niet meer bestaat", vertelt hij. "Die ene keer met Ajax was het misschien mooi, maar een paar maanden later werd ik als international met Tsjechië door Griekenland uitgeschakeld in de halve finale van het EK. De silver goal viel toen in de laatste seconde van de eerste helft van de verlenging."

Miljoenentrap van elf meter

Tegen Grazer AK maakte Galásek de winnende goal uit een strafschop. Tussen het moment waarop Wamberto de penalty versierde (zijn tegenstander maakte hands) en het moment waarop de woeste Oostenrijkers Galásek de ruimte gaven om die te verzilveren, verstreek enige tijd. Lang genoeg in ieder geval om stil te staan bij de belangen en miljoenen die ervan afhingen. Maar dat deed de middenvelder van Ajax niet.

"Geen moment. Ik zag wel dat de spelers van Grazer er alles aan deden om mij af te leiden, maar ik dacht alleen maar aan de hoek waarin ik wilde schieten."

Uiteindelijk zou Ajax dat seizoen in de groepsfase van de Champions League worden uitgeschakeld. In een groep met AC Milan, Celta de Vigo en Club Brugge eindigden de Amsterdammers als laatste.

Galásek verwacht dat Ajax vanavond ook tegen Sturm Graz, stadgenoot van Grazer AK, heel diep zal moeten gaan. "We zullen het niet makkelijk krijgen", laat hij zich ontvallen.

En ja, zo zegt hij het echt. Twaalf jaar na zijn vertrek spreekt Galásek nog steeds over 'wij' als hij het over Ajax heeft. Logisch, vindt hijzelf.

"Ik heb er de mooiste tijd uit mijn carrière gehad, volg de club nog goed en heb ook nog steeds contact met mensen binnen de club. Ik noem mijzelf dus nog steeds een trotse Ajacied."