IMF: Nederlandse economie doet het goed, maar lonen blijven achter
De groei van de lonen in Nederland is lager dan in andere landen met vergelijkbare economieën. Dat concludeert het Internationaal Monetair Fonds (IMF) in zijn jaarlijkse rapport over Nederland.
Jaarlijks groeien de lonen nu met zo'n 1 procent. Dat is niet genoeg om te compenseren voor de inflatie, dus de werknemer voelt de loonstijging nauwelijks in de portemonnee.
Positief
Desondanks is het IMF positief over de Nederlandse economie. Hoewel de groeiverwachting voor dit jaar licht naar beneden is bijgesteld, van 3,2 procent naar 3,1 procent, ziet de organisatie de toekomst ook zonnig in. Vooral de consumptie en de investeringen blijven de stuwende krachten van de Nederlandse economie.
Factoren die mogelijk nog roet in het eten kunnen gooien zijn het groeiend protectionisme in de wereld, de onzekerheid over de brexit en andere spanningen in eurolanden.
Aanbevelingen
Net als eerder doet het IMF aanbevelingen aan de politiek. Zo wil de organisatie dat de huizenmarkt verder wordt hervormd door bijvoorbeeld de hypotheekrenteaftrek sneller af te bouwen en de hypotheekschuld verder naar beneden te brengen.
Ook zegt het IMF dat er werk gemaakt moet worden van het pensioenstelsel. Dat moet transparanter worden en de pensioenen moeten eerlijker verdeeld worden tussen de generaties.
Daarnaast ziet het IMF dat de groei van de werkgelegenheid vooral zit in de toename van flexibele krachten, zoals mensen met tijdelijke contracten en zelfstandigen. Het IMF vindt het goed dat het kabinet onderzoekt hoe vaste contracten aantrekkelijker kunnen worden voor werkgevers en hoe het misbruik van flexibel werk kan worden tegengegaan.