Minder merels geteld, angst voor vogelvirus
Het gaat niet goed met een van Nederlands bekendste huisvogels, de merel. Sovon-vogelonderzoek meldt dat bij tussentijdse tellingen in tuinen zo'n 15 procent minder merels zijn gesignaleerd.
"We zien er tienduizenden minder dan vorig jaar. Dat betekent dat je echt minder merels in de wijk kan horen", zegt Albert de Jong van Sovon. De merel wordt bedreigd door het Usutu-virus, een virus dat door muggen wordt overgebracht en in 2012 in Duitsland al tot de dood van honderdduizenden merels leidde.
Vogelonderzoeker Ruud Foppen zegt dat je er eigenlijk weinig aan kunt doen als je een zieke vogel tegenkomt. "Je ziet vaak lusteloze beesten. In het eindstadium van de ziekte hebben ze kale plekken op hun kop en uiteindelijk gaan ze eraan dood."
De merel blijft desondanks nog de meest voorkomende broedvogel in Nederland en wordt dus in de verste verte niet met uitsterven bedreigd. Toch maakt Sovon zich zorgen over het virus en wil dat de situatie goed in de gaten gehouden wordt.
In de zomer worden de merels het vaakst ziek, omdat dan het virus het snelst door muggen wordt verspreid. "Als je een dode merel vindt, kan je hem laten ophalen zodat onderzocht kan worden of hij het virus heeft", vertelt De Jong in het NOS Radio 1 Journaal.
Ondanks de bedreiging is de merel nog steeds een van de meest gehoorde vogels in de Nederlandse woonwijken. "Je herkent hem aan zijn dromerige melodieuze geluid. Eigenlijk heeft iedereen in de tuin wel een merel", zegt De Jong.