Merendeel tegen herindeling: 'handen af van Haren'
Terwijl de zon voorzichtig doorbreekt op het Raadhuisplein in Haren, zet Gustaaf Biezeveld een ladder tegen een pui. Aan het dak van café Intermezzo wordt een spandoek opgehangen. "Haren niet bij stad" staat erop.
Op andere plekken in het dorp ten zuiden van de stad Groningen hebben mensen posters achter hun raam gehangen: "Handen af van Haren".
De provincie en het rijk zijn van plan om Haren bij Groningen te voegen, maar er is veel weerstand. Vanavond gaat Gustaaf Biezeveld naar Den Haag waar in de Tweede Kamer gedebatteerd wordt over de herindeling van Groningen, Haren en Ten Boer.
Identiteit
Biezeveld is voorzitter van het burgercomité dat tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 een referendum hield. Driekwart van de inwoners stemde toen tegen samenvoeging met Groningen. Volgens Biezeveld is nog steeds een ruime meerderheid tegen.
Een Tweede Kamer-delegatie kreeg begin dit jaar een petitie aangeboden; 5200 mensen tekenden tegen de herindeling. Ze zijn bang dat Haren de eigen identiteit verliest en dat de voorzieningen in de gemeente achteruit gaan. Daarnaast weten ze zeker dat Groningen gaat bouwen in het vele groen dat Haren rijk is.
Toch is er ook een ander geluid te horen, onder meer bij CDA-gedeputeerde Patrick Brouns. Namens de provincie heeft hij de herindeling doorgezet. Volgens Brouns heeft Haren simpelweg niet genoeg bestuurskracht om zelfstandig te blijven. Om de tegenstanders tegemoet te komen zegt Brouns dat er afspraken zijn gemaakt over de voorzieningen. Daarnaast is ook beloofd om niet in het groen te bouwen.
De gedeputeerde woont zelf in Haren en wordt regelmatig aangesproken over de herindeling, vooral door tegenstanders. Maar, zegt hij, op het voetbalveld hoort hij ook vaak genoeg mensen die wel bij Groningen willen. Vooral omdat de woonlasten in Haren de afgelopen jaren flink zijn gestegen en waarschijnlijk nog veel verder omhooggaan.
"Onzin", zegt tegenstander Biezeveld. De lasten in Haren gaan pas echt omhoog als de gemeente bij Groningen komt, want daar is alles nu al veel duurder. Ook gelooft hij niets van de toezeggingen die de provincie heeft gedaan. "Je kent hier je bestuurders en ambtenaren, daar heb je invloed op. Als we bij de stad komen, hebben we er niets meer over te zeggen. De stedelijke agenda zal bepalend worden."