Nieuw-Zeeland wil vergroenen: geen vergunningen meer voor boren naar olie
De regering van Nieuw-Zeeland heeft aangekondigd dat ze geen nieuwe vergunningen meer gaat verlenen voor het boren naar olie of gas op zee. Premier Ardern wil het land vergroenen en zich committeren aan een toekomst met duurzame energie.
De maatregel heeft geen gevolgen voor de bestaande vergunningen voor het oppompen van olie en gas. Dat betekent dat de olie-industrie nog decennia actief kan zijn in de wateren rond Nieuw-Zeeland.
Toch is het een breuk met het verleden. De afgelopen negen jaar hadden de conservatieven het in Nieuw-Zeeland voor het zeggen. Die legden de industrie weinig beperkingen op. Sinds vorig jaar is de Labour-partij aan de macht.
100 miljoen bomen planten
Ardern kondigde ook aan dat ze de uitstoot van broeikasgassen wil terugbrengen naar nul in 2050. De regering wil helemaal overstappen op groene stroom en heeft het plan opgevat om elk jaar 100 miljoen bomen te planten.
De olie- en gasindustrie is niet zo groot in Nieuw-Zeeland. Er werken zo'n 11.000 mensen en de sector heeft een aandeel van ongeveer 1 procent in de totale economie.
Het is wel zo dat de sector belangrijk is voor de regio Taranaki op het Noordereiland. De burgemeester van New Plymouth, de hoofdstad van die regio, vindt het plan een klap voor de economie.
Premier Ardern weerspreekt dat en zegt dat niemand zijn baan zal verliezen, omdat de plannen geen gevolgen hebben voor de al bestaande olie- en gasactiviteiten.
'Economisch vandalisme'
Oppositiepartij The National Party gelooft dat niet. Die noemt het "economisch vandalisme" en zegt dat als er geen nieuwe vergunningen worden afgegeven, bedrijven ook niet meer zullen investeren. Daardoor zouden wel degelijk banen verloren gaan.
Greenpeace deelt wel complimenten uit aan de regering en zegt dat het een historisch besluit is. Het toont volgens de milieuorganisatie aan dat het tij voor de oliemaatschappijen keert.