Vrouwen op straat in Kaboel

'Ik kan niet terug naar Afghanistan, ik ben te verwesterd'

Te verwesterd om terug te keren. Dat is het argument dat twee vrouwen uit Afghanistan en een vrouw uit Somalië vandaag gaan aanvoeren bij een zitting van de Raad van State. Ze willen daarmee voorkomen dat ze worden uitgezet naar hun land van herkomst.

Een van de vrouwen wordt bijgestaan door Vluchtelingenwerk Nederland. Doordat de vrouwen naar eigen zeggen 'verwesterd' zijn, zouden ze bij terugkeer in hun land van herkomst gevaar lopen. Vluchtelingenwerk Nederland hoopt dat bij een uitspraak in het voordeel van de vrouwen er meer asielzoekers met soortgelijke zaken naar de rechter kunnen stappen.

Zelfstandig in Nederland

Mohadese Moradi (21) is een van de vrouwen. Ze vluchtte zeven jaar geleden vanuit Herat, haar voormalige woonplaats in Afghanistan. Ze woont nu in een azc in Harderwijk, zonder verblijfsvergunning. "Ik heb mijn leven in Nederland opgebouwd. Hier kan ik zelf bepalen hoe ik me kleed, wat ik wil doen en met wie ik ben. Dat kan niet in Afghanistan."

Mijn eigen familie zal mij, zoals ik nu ben, niet accepteren.

Mohadese Moradi

Mohadese kan zich niet voorstellen hoe het zou zijn om terug te moeten keren. "Ik heb geen man die voor mij zorgt, dat is in Afghanistan ondenkbaar. Mijn eigen familie zal mij, zoals ik nu ben, niet accepteren."

Journaliste en Afghanistan-deskundige Bette Dam herkent het verhaal van Mohadese. "Als je jaren in Nederland hebt gezeten en je van die vrijheid hebt geproefd, is het een gigantische stap terug om weer terug te keren naar Afghanistan", vertelt Dam in het NOS Radio 1 Journaal. "De carrièremogelijkheden zijn daar heel beperkt en de veiligheid is zeer achteruit gegaan."

De vrouwen zullen waarschijnlijk niet gestraft worden als ze terugkomen in Afghanistan, maar het leven zal wel vol beperkingen zitten, zegt Dam.

Bijzondere zaak

Dat een zaak als deze het tot een zitting bij de Raad van State haalt, is bijzonder, vinden deskundigen. Meestal worden die zaken schriftelijk afgedaan. "Dit is een belangrijke zaak", zegt hoogleraar Europees asielrecht Hemme Battjes. "Als je in aanmerking wil komen voor een verblijfsstatus moet je aantonen dat je iets te vrezen hebt dat verband houdt met een eigenschap die je niet kan of wil veranderen."

Zo maken sommige homoseksuele asielzoekers kans op een verblijfsvergunning, omdat het te gevaarlijk is om terug te keren naar het land waar ze vandaan komen. "Hier ligt de vraag hoe dat zit met de verwestersing. Deze vrouwen, met een afwijkende leefstijl, kunnen in hun herkomstland gezien worden als een sociale groep met een aparte status. Dan zouden ze in aanmerking kunnen komen voor een verblijfsvergunning", vertelt Battjes.

Niet voldoende voor asiel

Het ministerie van Justitie en Veiligheid, dat gaat over de terugkeer van asielzoekers, zegt dat verwestersing niet voldoende grond biedt voor een verblijfsvergunning. In een reactie laat het ministerie weten dat "de bescherming die het Vluchtelingenverdrag biedt (...) niet is bedoeld voor deze betrokken vrouwen."

De kern van het vluchtelingenverdrag is juist dat je als mens het leven moet kunnen leiden dat je wil leiden.

Dorine Manson van Vluchtelingenwerk

Volgens het ministerie vormen "beperkingen in de mogelijkheid tot ontwikkeling of ontplooiing niet voldoende grond voor asielrechtelijke bescherming."

Daar is de directeur van Vluchtelingenwerk, Dorine Manson, het niet mee eens. "De interpretatie van deze definitie is nog nooit geconcretiseerd. Er moet meer duidelijkheid komen over deze definitie", zegt Manson in het NOS Radio 1 Journaal. "De kern van het vluchtelingenverdrag is juist dat je als mens het leven moet kunnen leiden dat je wil leiden."

Uitspraak duurt nog even

Het duurt nog minstens zes weken voordat de Raad van State uitspraak doet in de zaak. Die kan ook besluiten om de zaak door te verwijzen naar het Hof van Justitie in Luxemburg. Dan duurt het waarschijnlijk nog maanden voor er duidelijkheid komt.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl