NOS SportAangepast

Eens moet de eerste keer zijn: Nederlandse primeurs op de Winterspelen

  • Bert Schabbink

    Redacteur

  • Bert Schabbink

    Redacteur

De geschiedenis van Nederland op de Olympische Winterspelen is er natuurlijk vooral een van de smalle ijzers. Met vooral hoogtepunten op het langebaanschaatsen en het kunstschaatsen. Maar de eerste vrouw op de Winterspelen was geen schaatsster en het duurde ruim veertig jaar voordat er een gouden medaille werd uitgereikt aan een Nederlandse langebaanschaatser.

1964: Sjoukje Dijkstra is de eerste die namens Nederland goud wint op de Winterspelen

1928: de eerste deelname

In 1924 wordt er voor het eerst onder de vlag van het IOC een 'Internationale week van Sport' georganiseerd in Chamonix, Frankrijk. Het evenement wordt een groot succes en daarom al snel omgedoopt tot de Olympische Winterspelen. Nederland ontbreekt nog. De eerste gouden medaille ooit op de Winterspelen wordt uitgereikt aan de Amerikaan Charles Jewtraw die de 500 meter schaatsen wint. Zijn tijd: 44 seconden.

Vier jaar later is Nederland er voor het eerst bij in Sankt Moritz. Met twee schaatsers (Siem Heiden en Wim Kos) en een bobsleeteam. De schaatsers slapen op de grond en in de badkuip omdat de bedden ingepikt worden door officials. Kos komt op twee van de drie afstanden die hij rijdt ten val en Heiden levert met de elfde plaats op de 5.000 meter de beste prestatie. De bobsleeërs snellen naar een verdienstelijke twaalfde plaats in het veld van 23 deelnemers.

1936: de eerste Nederlandse deelneemster

Nazi-Duitsland organiseert in 1936 zowel de Zomer- als de Winterspelen. Voor het eerst prijkt er een Nederlandse vrouw op de deelnemerslijst: Gratia Schimmelpenninck van der Oye. Zoals haar naam doet vermoeden is zij van adellijke afkomst.

De barones doet mee aan het skiën. De gecombineerde wedstrijd (afdaling en slalom) wordt geen succes. Ze valt en zal als veertiende worden geklasseerd. In haar latere leven zal ze bekend worden als dieetpionier. De door haar opgerichte dieetclub zal later opgaan in de Weight Watchers.

Gratia Schimmelpenninck van der Oye in actie op de Winterspelen van 1936

1952: de eerste medailles

Op 17 februari 1952 is het zover: voor het eerst wint Nederland een medaille op de Winterspelen in Oslo. Die eer valt te beurt aan Kees Broekman. Met een tijd van 8.21,6 eist hij op de vijf kilometer het zilver op, op royale achterstand (elf seconden) van de Noor Hjalmar Andersen. Ook na de tien kilometer krijgt Broekman het zilver omgehangen, ditmaal op 25 seconden van Andersen. De Noor laat zich met drie keer goud kronen tot de held van de Winterspelen.

1960 en 1964: de eerste vrouwelijke (gouden) medaille

Kunstrijdster Sjoukje Dijkstra noteert twee prachtige primeurs namens Nederland op de Winterspelen: in 1960 is ze de eerste vrouw die een medaille verovert en vier jaar later is ze zelfs de allereerste die namens Nederland goud wint.

In Squaw Valley (1960) moet Dijkstra nog haar meerdere erkennen in de Amerikaanse Carol Heiss, maar vier jaar later in Innsbruck is het wel raak: voor het eerst staat een Nederlander op de hoogste trede van het erepodium.

De overwinning van Dijkstra is geen verrassing want ze wordt in 1962, 1963 en 1964 wereldkampioen en eist vanaf 1960 vijf keer op rij de Europese titel op.

Goud voor Nederland: Sjoukje heeft de primeur

1968: het eerste goud bij het langebaanschaatsen

Na het goud van Dijkstra in 1964 is het vier jaar later ook (eindelijk) raak voor de langebaanschaatsers. In Nederland is vooral het allroundschaatsen populair waardoor het lang duurt voordat er ook per afstand olympische glorie wordt behaald. Carry Geijssen heeft de primeur.

Eerst moet ze nog genoegen nemen met zilver op de 1.500 meter in Grenoble, maar een dag later is ze wel de snelste op de 1.000 meter. Ook Ans Schut (3.000 meter) haalt goud, terwijl Kees Verkerk zich in de geschiedenisboeken schaatst door als eerste mannelijke schaatser een olympische titel te pakken, hij wint de 1.500 meter.

Olympisch kampioen Carry Geijssen klapt voor de nummer twee Ludmilla Titova

1980: Nederland ijshockeyt olympisch

IJshockey staat voor het eerst op het programma op de Zomerspelen (!) van 1920 in Antwerpen. Het is aanvankelijk vooral een Canadese aangelegenheid. In Nederland gaat de club Tilburg Trappers in de jaren zeventig van de vorige eeuw op zoek naar Canadezen met een Nederlandse achternaam om het ijshockey in Nederland een impuls te geven.

Spelers als Jack de Heer, Corky de Graauw en Larry van Wieren mogen vanwege hun dubbele paspoort ook voor Oranje uitkomen en en zo kan het gebeuren dat Nederland zich in 1980 plaatst voor de Olympische Winterspelen.

In de eerste twee duels volgt een flink pak slaag van grootmachten Canada (10-1) en de Sovjet-Unie (17-4). Maar Oranje herstelt zich en zal zelfs een overwinning boeken: tegen Polen wordt het 5-3.

De eerste en enige Nederlandse ijshockeyzege op de Winterspelen

2010: De eerste sneeuwmedaille

Nicolien Sauerbreij is al een gevestigde naam in de snowboardwereld als ze in 2010 deelneemt aan de Olympische Spelen in Vancouver. Het is haar derde deelname aan de Winterspelen. In 2002 verpest ze haar toernooi op de parallelreuzenslalom door de verkeerde wax te gebruiken en in 2006 verspeelt ze een voorsprong van anderhalve seconde op haar directe tegenstander in de tweede run waardoor een hoge klassering al vroeg in rook opgaat.

In Vancouver is ze niet de absolute topfavoriete, maar ze reikt toch tot de finale. Daarin maakte ze tegen Jekaterina Iljoechina een achterstand goed van 0,2 seconde omdat de Russische een bewegingsfout maakt in de tweede run. Voor het eerst is er daarom olympisch goud voor Oranje in de sneeuw.

Nicolien Sauerbreij wint in 2010 de eerste gouden Nederlandse sneeuwmedaille

2018: de eerste.......???

Sjinkie Knegt haalde vier jaar geleden al de eerste shorttrackmedaille (brons) voor Nederland. Is hij ook de eerste die goud haalt namens Nederland. En wat kan Kimberley Bos: de eerste Nederlandse olympische deelnemer op het onderdeel skeleton?

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl