Turkse artsen vroegen om vrede, maar kregen de cel
Alles donkergroen. De bollen wol gaan rond, breinaalden tikken als kleine machinetjes in een razendsnel ritme tegen elkaar, geconcentreerde blikken in de ogen. Deze vrouwen hebben zich een doel gesteld: in zo kort mogelijke tijd honderd dozen vullen met vers gebreide wollen sjaals en mutsen. Ze zijn voor de Turkse troepen aan het front in Syrië.
En alles vrijwillig. Bij een project van het stadsdeel Üsküdar in Istanbul maken de vrouwen normaal gesproken vooral kinderkleertjes, die ze verkopen op de markt. Om wat bij te verdienen. Maar sinds het Turkse leger vorige week begon aan de inval in de regio Afrin in Noord-Syrië, breien ze alleen nog winterkleding.
Een overgrote meerderheid van de Turken staat achter de troepen, en achter de militaire operatie in Afrin. "We bidden dat onze zonen die vechten in deze operatie winnen, zodat de terreur tegen ons leger en ons land stopt", zegt Gülay, bezig aan een donkergroene sjaal.
Verderop in de stad zit de sfeer er een stuk minder goed in. Het volledige bestuur van de Turkse Vereniging van Medici TTB is opgepakt. In de kantoren en ziekenhuizen waar de elf bestuursleden werken, zijn invallen geweest en dossiers meegenomen. De vereniging zette eerder in de week een verklaring online getiteld 'Oorlog is een zaak van de volksgezondheid'.
"Iedere oorlog brengt een humanitaire tragedie met zich mee. Door onherstelbare fysieke-, psychische-, sociale- en milieuschade aan te richten", staat in de verklaring. Die eindigt met de oproep: "Nee tegen oorlog, vrede nu."
Hun pleidooi tegen oorlog is niets anders dan verraad.
Het is een pacifistisch pamflet, waarin geen verwijzingen staan naar het conflict in Afrin en geen van de partijen direct wordt aangesproken. Toch heeft de verklaring de woede van president Erdogan gewekt. Hij noemde de artsenfederatie, die met 140.000 leden tachtig procent van de medici in Turkije vertegenwoordigt, terroristenvrienden.
"Dit zijn geen intellectuelen, dit is een bende slaven", reageerde de president op de verklaring van de artsenvereniging. "Het zijn dienaren van het imperialisme. Hun pleidooi tegen oorlog is niets anders dan verraad. Er zou nee gezegd moeten worden tegen hun eerloze standpunt."
"We vragen als artsen om vrede, dat is het enige. En zijn tegen oorlog", zegt dokter Samet Mengüç, voorzitter van een verwante artsenvereniging in Istanbul, die ook lid is van de TTB. "Dit standpunt van ons is niks nieuws. En het gaat niet speciaal over dit conflict." Toch zitten zijn collega's vast wegens het maken van 'propaganda voor terreur'.
Sinds de Turkse operatie in Afrin begon, zijn al meer dan 300 mensen opgepakt die zich uitspraken tegen de oorlog of informatie deelden op sociale media over de andere kant van de frontlijn. Volgens de regering steunen deze mensen de vijand en zorgen ze met hun verklaringen voor onrust in de samenleving. Dokter Mengüç heeft een andere verklaring: "De regering duldt gewoon geen tegenspraak meer. Zo zien wij het."
Gerechtvaardigd
De vrouwen in Üsküdar hebben een positiever beeld van de oorlog. "Ik volg het op het nieuws", zegt Nebahat, "en het gaat de goede kant op." Ze vinden de militaire operatie gerechtvaardigd, nodig zelfs. "Zolang we het daar niet schoonvegen van terroristen, blijven onze militairen omkomen", zegt Gülay.
Terwijl ze een nieuwe bol wol aanbreekt en de eerste steken legt voor een nieuwe muts: "We hebben geen andere keus, er is geen andere oplossing. Er is besloten dat deze militaire operatie de enige oplossing is. Dus dit is het beste dat we kunnen doen om onze jongens daarin te steunen."