AZ in slotfase voorbij tien man van Heerenveen
Nummer drie AZ heeft in eigen huis middenmoter sc Heerenveen met 3-1 verslagen. De thuisploeg was na een voortvarend begin lange tijd de weg kwijt, maar sloeg tegen tien man alsnog toe.
AZ verspeelde de afgelopen weken de tweede positie op de ranglijst met een gelijkspel bij PEC Zwolle en een nederlaag tegen Ajax. De ploeg van trainer John van den Brom was er daarom op gebrand de eerste seizoenshelft goed af te sluiten.
De ploeg zat er gelijk bovenop en was in het eerste kwartier al drie keer dicht bij een doelpunt. Van Rhijn raakte de lat met een vrije trap van achttien meter, Thomas Ouwejan zag een schuiver gekeerd worden door doelman Warner Hahn en Guus Til tikte van dichtbij over.
De gasten speelden zich daarna steeds meer onder de druk uit en haalden ongeschonden de rust.
AZ-verdediger Stijn Wuytens bleef in de rust geblesseerd achter in de kleedkamer en de organisatie achterin begon gelijk te rammelen bij de Alkmaarders.
Nadat Morten Thorsby en Daniel Høegh al even aan een treffer hadden geroken, zette Pelle van Amersfoort de bezoekers op voorsprong. De bal belandde met wat geluk voor zijn voeten, maar hij rondde beheerst af.
AZ, dat ruim 20 minuten een man meer had (Thorsby moest er met twee keer geel af), zette daarna aan.
Veel leverde dat aanvankelijk niet op, maar met behulp van Denzel Dumfries viel de gelijkmaker toch. De verdediger toucheerde de bal ongelukkig bij een voorzet van Ouwejan en liet zijn eigen doelman kansloos.
Vlak daarvoor was AZ goed weggekomen toen Lucas Woudenberg - net in het veld gekomen - verzuimde om de voorsprong van de Friezen uit te breiden.
AZ rook na de gelijkmaker bloed, bleef knokken voor de overwinning en sleepte die er in laatste minuten nog uit. Uitgerekend invaller Fred Friday werd de gevierde man.
De Nigeriaan had tegen Ajax in de slotfase een enorme kans op de gelijkmaker gemist, maar deze keer maakte hij het verschil met twee doelpunten. In de 84ste minuut tikte hij een voorzet van Til binnen en in de slotminuut deed hij dat nog een keer, ditmaal op aangeven van Jeremy Helmer.