Shell aangeklaagd wegens corruptie in Nigeria

Shell staat in maart voor de rechter in Milaan. De Brits-Nederlandse multinational wordt samen met de Italiaanse branchegenoot Eni aangeklaagd voor corruptie in Nigeria. De bedrijven moeten zich verantwoorden voor omkoping. Gedaagd zijn onder anderen de baas van Eni en een aantal voormalige bestuurders van Shell.

Ze betaalden in 2011 ongeveer een miljard euro om een olieveld voor de kust van Nigeria te mogen exploiteren. De Nigeriaanse regering sluisde het geld door naar het bedrijf van een voormalige olieminister, die was veroordeeld wegens witwassen. Shell zou op voorhand hebben geweten dat het geld daar terecht zou komen.

De Italiaanse justitie heeft een groot onderzoek gedaan naar de deal, waarbij onder meer is samengewerkt met de Nederlandse Fiod. In februari 2016 is er een inval geweest op het hoofdkantoor van Shell in Den Haag. Ook in Nigeria loopt een strafrechtelijk onderzoek.

Geen plaats voor omkoping

Shell denkt dat de Italiaanse rechters zullen concluderen dat de aanklagers geen zaak hebben. Het concern zegt duidelijke regels tegen omkoping en corruptie te hebben, die voor iedereen gelden. "Voor omkoping en corruptie is binnen ons bedrijf geen plaats."

Als de zaak wel doorgaat zou het een van de grootste corruptiezaken uit de Nederlandse geschiedenis zijn. Maandblad Vrij Nederland, dat een grote hoeveelheid informatie van de Italiaanse justitie in handen kreeg, schrijft dat uit e-mails blijkt dat Shell de reputatie van oud-minister Etete kende en meedacht over manieren om het geld bij hem te krijgen.

Etete werd in 1998 als minister voor het relatief kleine bedrag van twee miljoen euro eigenaar van het olieveld, dat een geschatte waarde aan olie heeft van 450 miljard euro, meldt Vrij Nederland.