Steeds meer basisschoolklassen met minimaal 26 kinderen

Klassen op de basisschool zitten de laatste jaren steeds voller. In 35 procent van de groepen zitten nu minimaal 26 kinderen, blijkt uit cijfers die het AD boven tafel heeft gekregen. Dat is 5 procent meer dan vijf jaar geleden.

Ook bij de ouderorganisatie Ouders & Onderwijs komen steeds meer vragen over grote klassen binnen. "Ouders willen weten wat ze kunnen doen als hun kind in een grote, drukke klas zit en daar te weinig aandacht krijgt," zei directeur Peter Hulsen vanochtend in het NOS Radio 1 Journaal.

Overleg met de school

"En het is nog best lastig om iets te doen, want scholen in Nederland bepalen zelf hoe groot ze de groepen maken en hoe ze de leerkrachten verdelen over de school. Er is geen regel die zegt dat klassen niet groter dan 26 kinderen mogen zijn", zegt Hulsen.

"Wij adviseren altijd om medestanders te zoeken onder de andere ouders. Als jij vindt dat je kind te weinig aandacht krijgt, ben je vast niet de enige, dus trek met elkaar op. Spreek samen de leiding van de school, de medezeggenschapsraad of zo nodig het bestuur van de school aan."

Kwaliteit van de leerkracht

Veel ouders vinden 26 leerlingen in een klas nog wel gaan, maar als het tegen de 30 loopt of meer, ervaren ze dat als probleem. Er zijn ook ouders die de kwaliteit van de leraar belangrijker vinden. "Een grote groep met een goede leraar heb ik liever dan een kleine groep met een slechte leraar", zegt een ouder in het NOS Radio 1 Journaal.

"Het maakt heel veel uit hoe een leerkracht met een klas omgaat, hoe die het organiseert in een klas, maar tegelijkertijd is de hoeveelheid kinderen echt een factor", zegt directeur Hulsen van Ouders & Onderwijs. "Kinderen zijn verschillend en hebben op hun eigen manier aandacht nodig, dat vergt veel van een leerkracht en dat neemt toe met de omvang van een klas."