Boksspektakel in Rotterdam: alsof Feyenoord Real Madrid ontvangt

Ooit was er een tijd dat Nederland nog meetelde in het internationale boksen. In 1992 behaalden Orhan Delibas en Arnold Vanderlyde olympisch zilver en brons.

De Nederlandse boksbond wil terug naar die tijd en een eerste stap daarvoor werd zondagavond gezet in de Cruise Terminal Rotterdam, met een oefeninterland tegen het grote Cuba. Meer dan duizend enthousiaste fans zagen hoe Nederland kansloos onderuitging: van de acht wedstrijden gingen er zeven verloren.

Dat was ook wel verwacht. Wie weer een toonaangevend boksland wil worden, moet vechten tegen tegenstanders van formaat. Verliezen hoort daarbij. Maar toch was er ook een aangename verrassing.

Genieten

Enrico Lacruz zorgde in de tweede wedstrijd namelijk voor het hoogtepunt van de avond door drievoudig wereldkampioen Lázaro Álvarez te verslaan. Lacruz bleef daar zelf opvallend nuchter onder: "Ik train heel, heel erg hard. En hier in deze ambiance is het extra genieten. Het mag dan ook wel een keer zo zijn."

Dat Cuba met een ijzersterk team naar Nederland kwam, was te danken aan de samenwerking van de Nederlandse boksbond met Rotterdamse zakenlui. En dat is erg bijzonder, zegt bondsvoorzitter Boris van der Vorst. "Je kan het vergelijken met Feyenoord dat Real Madrid ontvangt. Wij willen dat onze boksers in voorbereiding op Tokio 2020 worden uitgedaagd door de absolute wereldtop. Daar horen dit soort interlands bij."

Vruchten

Sinds eind 2014 maakt zowel het Nederlandse mannen- als vrouwenboksen deel uit van het topsportprogramma op Papendal en dat werpt zijn vruchten af. Zo kwalificeerden Lacruz, Peter Müllenberg en Nouchka Fontijn zich vorig jaar voor de Spelen en wist laatstgenoemde zelfs zilver te veroveren in de categorie onder 75 kilogram.

Na het onverwachte succes van zondag is de focus van de boksbond alweer volledig op 2020 gericht. Bondscoach Hennie van Bemmel hoopt zich met een zo groot mogelijke delegatie te plaatsen voor Tokio.

"Dit is een droom natuurlijk. We mogen vechten tegen het beste team van de wereld. De volgende stap is om weer naar de Olympische Spelen te gaan en daar ook echt mee te doen om de prijzen. We hebben nog zo'n 1.000 dagen te gaan tot Tokio. Die willen we zo goed en leerzaam mogelijk benutten."