Polen verdedigt toestaan 'fascistische' mars

Het Poolse ministerie van Buitenlandse Zaken heeft het toestaan van een nationalistische mars in Warschau, afgelopen zaterdag, verdedigd. Aan de mars deden 60.000 mensen mee, van wie een deel neo-fascistisch of racistisch was.

De mars, georganiseerd door extreem-rechtse groeperingen, was om te vieren dat Polen 99 jaar geleden onafhankelijk werd. Er kwamen veel gezinnen op af, maar de grootste aandacht trokken jonge mannen met maskers en vuurwerk die nationalistische leuzen riepen en borden bij zich hadden met teksten als 'een blank Europa van broedernaties'.

Van verschillende kanten werd geschrokken gereageerd. Op sociale media werd gesproken van een mars met 60.000 neo-fascisten en xenofoben. En het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken had het over een gevaarlijke mars met extreme en racistische elementen. "We hopen dat de Poolse autoriteiten zullen optreden tegen de organisatoren", zei een woordvoerder.

Patriottisme

Dat laatste is de regering echter niet van plan. In een verklaring noemt het ministerie van Buitenlandse Zaken de mars "grotendeels een uitdrukking van patriottische waarden". Enkele "incidentele" elementen doen daar niets aan af, aldus het ministerie.

Wel benadrukt Polen dat het racistische, anti-semitische en xenofobe ideeën sterk veroordeelt. Als bewijs daarvan voert het aan dat het de Amerikaanse extreem-rechtse nationalist Richard Spencer de toegang tot het land had geweigerd. Hij had de mars willen bijwonen.