Politie en winkeliers: snel nieuwe aanpak Oost-Europese roversbendes
De bestrijding van rondtrekkende bendes dieven uit Oost-Europa is de afgelopen jaren tekortgeschoten. Een nieuwe aanpak is dringend nodig, zeggen politie en winkeliers.
Zij vinden dat de opsporing van buitenlandse criminelen moet worden verbeterd. Rondreizende winkeldieven, inbrekers en zakkenrollers uit bijvoorbeeld Roemenië, Litouwen en Bulgarije veroorzaken jaarlijks naar schatting 200 miljoen euro aan schade.
"Als een winkelier een groep dieven herkent die al bij verschillende filialen is geweest, is het vervelend dat ze na een aanhouding snel weer vrijkomen omdat ze maar gepakt zijn voor een simpele winkeldiefstal", zegt Bert van Steeg van Detailhandel Nederland.
Informatie over deze verdachten zou beter moeten worden bijgehouden en uitgewisseld tussen de verschillende politiekorpsen. Diefstallen kunnen dan makkelijker met elkaar in verband worden gebracht. Politie en winkeliers willen dat opgepakte verdachten minder snel weer op straat staan.
In 2013 beloofde toenmalig minister Opstelten dat er strenger opgetreden zou worden tegen "mobiele bandieten". Dat is nauwelijks gelukt, onder meer door de reorganisatie bij de politie en het vele werk dat agenten erbij kregen.
Het ontbreekt aan een structurele aanpak van de bendes, erkent de politie. Omdat er te weinig aandacht is voor de criminelen en informatie niet altijd goed wordt gedeeld, kan het zijn dat de politie in Noord-Nederland niet ziet dat exact dezelfde groep ook in Zuid-Nederland actief is, laat staan over de grens.
Tegelijkertijd handelt het Openbaar Ministerie zaken zo snel mogelijk af, liefst binnen een paar uur. Een ogenschijnlijk simpele winkeldiefstal wordt niet nader onderzocht, waardoor buiten beschouwing blijft dat de winkeldief deel uitmaakt van een internationale criminele groep. De dief staat zo weer buiten en komt niet opdagen bij de rechter.
Inmiddels heeft de politie afspraken gemaakt met Detailhandel Nederland, dat zelf ook informatie verzamelt over verdachten, zoals camerabeelden en kentekens. Die gegevens worden gedeeld in een gemeenschappelijke database met politie en Openbaar Ministerie.
Met het OM is de politie in gesprek om te kijken hoe diefstallen die duiden op een georganiseerd verband anders afgehandeld kunnen worden.
Landelijk aangiftepunt
Om het aantal aangiften van winkeliers omhoog te krijgen, pleit Detailhandel Nederland voor een landelijk aangiftepunt. Nu zijn ondernemers meestal aangewezen op hun lokale politiebureau.
"Je wilt juist dat er op één plek aangifte wordt gedaan, zodat de politie meteen ziet waar dezelfde daders nog meer actief zijn geweest", zegt Bert van Steeg. "Zo'n mogelijkheid wekt vertrouwen bij winkeliers, waardoor ze ook vaker aangifte zullen doen."
Maar volgens de politie is een landelijk aangiftepunt voor alle winkeliers een stap te ver; wel komt er een mogelijkheid voor ondernemers die in meerdere filialen gedupeerd zijn.
