Abdullah vluchtte uit Myanmar: ik versteen bij de gedachte aan die kogel
"Een kogel doodde mijn vader tijdens het geweld vorig jaar. Dit keer hebben ze mijn moeder verbrand", vertelt het jonge meisje Yasmin Akhtar. Ze is een van de 270.000 mensen die sinds 25 augustus is gevlucht naar Bangladesh voor het geweld in Myanmar.
"Ik was bang en heb mezelf verstopt in een rijstveld, toen ik een grote groep mensen op me af zag komen. Ik heb me bij hen aangesloten en kwam zo hier", vertelt Yasmin verder.
Gevonden op straat
Yasmin werd op straat in Bangladesh gevonden door een docent, Mohammed Hussain. "Ze zat buiten in de regen, het regende hard. Ze huilde en bibberde en sprak geen woord. Ik heb haar mee naar huis genomen en eten en drinken gegeven."
Yasmin is haar familie kwijt. Sommigen hebben meer geluk. Abdullah vluchtte ook vanuit Myanmar naar Bangladesh. Hij raakte zijn familie tijdelijk kwijt toen hij een kogel in zijn arm kreeg. "Ik bloedde en kon mijn arm niet omhoog doen. Ik moest een stok vinden om mezelf te helpen verder te wandelen."
Abdullah kwam in een ziekenhuis terecht. Na zeven dagen werd hij daar ontdekt door een familielid. Maar ook terug bij zijn familie is hij nog angstig. "Wanneer de herinneringen over die dagen terugkomen voel ik me heel erg bang. Ik versteen alleen al bij de gedachte aan de kogel."
Er kan heel makkelijk misbruik van vluchtende kinderen worden gemaakt.
De verhalen van Yasmin en Abdullah zijn slechts twee voorbeelden van een steeds groter wordende humanitaire ramp. "Ze zijn alleen in een vreemd land, spreken de taal niet en zijn getraumatiseerd", zegt Vivian Tan, een woordvoerder van de VN-commissie voor Vluchtelingen.
"Er kan heel makkelijk misbruik van ze worden gemaakt, ze kunnen ten prooi vallen van bijvoorbeeld mensensmokkelaars. In deze chaos hebben ze echt extra aandacht en bescherming nodig."
Verstoken van basisbehoeften
Ondertussen bereidt Bangladesh zich voor op nog meer vluchtelingen. Terwijl de opvangkampen al vol zitten en verstoken zijn van basisbehoeften. Er wordt gevochten over wie water en eten krijgt.
Sinds eind augustus zijn er hevige gevechten in Rakhine, een gebied in Myanmar. Hier woont de moslimminderheid Rohingya. Het leger van Myanmar, een boeddhistisch land, valt hen aan en brandt dorpen plat.
De minderheidsgroep, naar schatting 1,1 miljoen mensen, worden door velen in het boeddhistische land gezien als illegale migranten. Ze hebben geen burgerrechten in Myanmar.