Protest tegen behandeling Rohingya door Myanmar groeit
In Indonesië en Tsjetsjenië zijn duizenden moslims de straat op gegaan om te protesteren tegen de vervolging van de Rohingya in Myanmar. Bij de Myanmarese ambassade in Jakarta verscheurden demonstranten foto's van de Myanmarese regeringsleider Aung San Suu Kyi.
De Indonesische minister van Buitenlandse Zaken, Retno Marsudi, reisde naar Myanmar om de situatie met Suu Kyi te bespreken. Marsudi zei na afloop dat het geweld tegen de Rohingya moet stoppen en dat Indonesië en andere landen toegelaten moeten worden om humanitaire hulp te bieden.
Pakistan eist van de Myanmarese regering dat er onderzoek komt naar berichten over massa-executies en dat verantwoordelijken worden gestraft.
Aung San Suu Kyi won in 1991 de Nobelprijs voor de Vrede voor haar geweldloze strijd voor democratie in Myanmar. De winnaar van 2014, de Pakistaanse Malala Yousafzai, roept haar op Twitter op om nu voor de Rohingya op te komen.
"Ik heb de tragische en schandelijke behandeling die ze krijgen de afgelopen jaren geregeld veroordeeld. Ik wacht nog steeds op mijn mede-Nobelprijswinaar Aung San Suu Kyi om hetzelfde te doen."
De speciale VN-rapporteur voor de mensenrechten in Myanmar denkt er net zo over. Tegen de BBC zei ze dat de situatie in Rakhine, de deelstaat waar de meeste Rohingya wonen, zeer ernstig is en dat het tijd wordt dat Suu Kyi zich ermee bemoeit.
In het overwegend boeddhistische Myanmar woonden tot voor kort 1,1 miljoen Rohingya, een onderdrukte moslimminderheid. Eind augustus vielen Rohingya-milities in Rakhine politieposten aan, waarbij 71 doden vielen.
Het Myanmarese leger startte daarna een "zuiveringsactie" in Rakhine, waarbij huizen worden platgebrand en meer dan 400 doden zijn gevallen. Zo'n 87.000 Rohingya's vluchtten naar buurland Bangladesh.
Aan het geweld is nog geen einde gekomen. Journalisten in Bangladesh bij de grens met Rakhine hoorden ook vandaag explosies en geweervuur. Ook zagen ze boven dorpen in Myanmar rook opstijgen.