Nederlandse clubs naar dieptepunt in Europa
De vraag of de Nederlandse clubs in Europa op een dieptepunt zijn aangekomen, kan zonder twijfel met 'ja' worden beantwoord. Na de uitschakeling van Ajax en FC Utrecht in de play-offs voor de Europa League beginnen slechts twee ploegen aan een hoofdtoernooi: landskampioen Feyenoord in de Champions League en bekerwinnaar Vitesse in de Europa League.
Het is voor het eerst in 56 jaar (!) dat Nederland maar twee clubs in het hoofdtoernooi heeft. In seizoen 1960-1961 kwam dat voor het laatst voor.
Pijnlijk genoeg verliest Nederland na dit seizoen ook nog eens de twee vaste plekken in de Champions League en Europa League. De landskampioen zal vanaf volgend seizoen instromen in de derde en laatste kwalificatieronde van de Champions League. Directe plaatsing voor de groepsfase is na de introductie van het nieuwe plaatsingssysteem voorbij. De nummer twee van de ranglijst stroomt in de tweede kwalificatieronde in.
In het nieuwe systeem, waarbij grote voetballanden meer plekken krijgen, moet de Nederlandse bekerwinnaar ook kwalificatiewedstrijden gaan spelen. Tot en met dit seizoen was de bekerwinnaar direct geplaatst voor de groepsfase van de Europa League.
De bekerwinnaar begint in de derde kwalificatieronde. De nummers 3 en 4 van de ranglijst starten in de tweede kwalificatieronde. Daar zal de komende jaren nog weinig verandering in komen. De Europese resultaten van dit seizoen hebben pas invloed op seizoen 2019-2020.
Lichtpuntje
De verandering van systeem biedt Nederland een klein lichtpuntje: als de winnaar van de Champions League (uit een van de vier grote voetballanden) zich rechtstreeks plaatst voor de groepsfase, gaat het ticket naar de nummer elf op de landencoëfficiënt. En juist op die plek staat Nederland nu.
Maar ook die aanpassing kan pas ingaan in seizoen 19-20. Tot die tijd zijn alle Nederlandse clubs veroordeeld tot het spelen van kwalificatiewedstrijden.