Op Texel aangespoelde vinvis naar Ecomare
Het geraamte van de vinvis die gisteren op Texel aanspoelde, gaat naar natuurcentrum Ecomare. Vandaag wordt de vinvis opgeruimd. Het dode dier van bijna 20 meter lang spoelde in verregaande staat van ontbinding aan op het Waddeneiland.
Ecomare, waar zeedieren te zien zijn en onderzoek wordt gedaan, heeft al een verzameling walvisgeraamtes, maar nog geen vinvis. Het centrum is gisteren al begonnen met het prepareren van het kadaver. Er wordt onderzoek gedaan naar het skelet en over ongeveer een jaar is het voor het publiek te zien, zei bioloog Pierre Bonnet van Ecomare in het NOS Radio 1 Journaal.
Het centrum is blij met de vinvis, die vlak bij huis aanspoelde. "Bij Paal 17,5 op Texel en wij zitten bij Paal 17, dus dichterbij kan haast niet." Een vinvis komt normaal niet in de Noordzee voor. Er wordt nog onderzocht waar het dier vandaan komt.
Stevige maag
Rijkswaterstaat snijdt het beest samen met Ecomare in stukken en voert het overige afval af. Het vlees wordt naar een destructiebedrijf gebracht, waar het wordt verbrand. Naar verwachting is de klus aan het eind van de dag klaar. Dan is ook de stankoverlast voor de strandwandelaars verdwenen.
Publiek kan het prepareren van het karkas op een afstandje zien. Dat kan "een onprettig beeld" zijn, waarschuwt Ecomare. Ook de mensen die het werk uitvoeren, moeten een stevige maag hebben, zegt Rijkswaterstaat.
De botten worden meegenomen en schoongeweekt. "Dat gebeurt in een warm bad, van zo'n 40 à 45 graden, met een paar kilo Biotex erbij. Daar zitten enzymen in om alles wat er nog aan zit te verwijderen. Binnen een week of tien is het schoon." Daarna worden de botten gedroogd en wordt het geraamte waar nodig gerepareerd en in elkaar gezet.