BepiColombo moet raadsels van Mercurius oplossen
Hij gaat pas over ruim een jaar de ruimte in, maar vandaag is de Europees/Japanse ruimtesonde BepiColombo voor het laatst te zien voor de pers. Ook de NOS is daar straks bij. In 2025 gaat de sonde aan het werk bij Mercurius, de kleinste planeet van ons zonnestelsel.
BepiColombo, genoemd naar een Italiaanse ruimtevaartingenieur uit de vorige eeuw, bestaat eigenlijk uit twee ruimtesondes: de Europese Mercury Planetary Orbiter en de Japanse Magnetospheric Orbiter. Aan de missie is meer dan tien jaar gewerkt.
Samen vliegen de verkenners via een ingewikkeld traject naar Mercurius. Onderweg maakt het gecombineerde ruimtevaartuig handig gebruik van de zwaartekracht van Venus en de aarde. BepiColombo zal vanaf 2021 zes keer langs Mercurius vliegen en in december 2025 in een baan om de planeet komen. Dan zullen de Europese en Japanse sonde opsplitsen.
Van de planeten die het dichtst bij de zon staan is Mercurius het minst vaak bezocht door een ruimtesonde. Lang moesten wetenschappers het doen met de foto's van Mariner 10 uit 1974 - de missie waarbij de Italiaan Bepi Colombo zelf betrokken was. Pas tussen 2008 en 2015 bracht NASA-sonde Messenger de planeet beter in beeld.
De missie van Messenger riep veel vragen op die BepiColombo nu moet gaan beantwoorden. Die vragen gaan onder meer over vreemde afzettingen in sommige kraters en opvallende kuilen in het landschap. Vanuit een lagere baan dan Messenger kan de Europese sonde die scherper in beeld brengen. De Japanse verkenner, in een hogere baan, richt zich onder andere op het magnetisch veld van Mercurius.
Bij ESTEC, de vestiging van ruimtevaartorganisatie ESA in de duinen bij Noordwijk, wordt het ruimtevaartuig de komende maanden uitgebreid getest en voorbereid op de lancering. In maart gaat BepiColombo op transport naar de Europese ruimtebasis in Frans-Guyana. De lancering staat gepland voor oktober 2018.