Amerikaanse militairen staan leger Filipijnen bij in belegerde stad
Amerikaanse speciale troepen gaan het Filipijnse leger bijstaan bij de strijd in de stad Marawi, die al bijna drie weken is bezet door extremistische moslims. Deze strijders hebben banden met IS. Een woordvoerder van de Amerikaanse ambassade in Manilla heeft tegenover persbureau Reuters de betrokkenheid van de Amerikanen bevestigd. Volgens het Filipijnse leger gaat het alleen om "technische bijstand".
Bij gevechten tussen het leger en de extremisten zijn dertien militairen omgekomen.
De Filipijnse president Duterte nam kort na zijn aantreden nadrukkelijk afstand van de bondgenoot en dreigde een einde te maken aan de Amerikaanse militaire aanwezigheid in de Filipijnen. Maar sinds Donald Trump president van de VS is, is de relatie tussen beide landen weer verbeterd.
De bezetting van Marawi door de radicaal-islamitische strijders ging gepaard met veel bloedvergieten. Ze vielen de stad, waar veel moskeeën staan, bijna drie weken geleden binnen. Er kwamen bijna tweehonderd mensen om het leven. Er is geen elektriciteit meer. Mensen die erin slagen om te ontkomen uit Marawi hebben vaak dagen niet gegeten en gedronken.
Volgens correspondent Michel Maas zitten er vermoedelijk nog ongeveer 500 mensen vast in het bezette gebied. De strijders houden een aantal mensen gegijzeld, onder wie een priester en een groep katholieken die gevangen werden genomen bij de bestorming van een kerk.
Het Filipijnse leger probeert de strijders te verdrijven, maar tot nu toe lukt dat niet. "Gisteren zag ik dat een groep soldaten een brug probeerde over te steken en daarbij zijn zeker 16 soldaten doodgeschoten door IS-strijders die ze al lagen op te wachten", zegt Maas.
De afgelopen dagen heeft het Filipijnse leger ook luchtaanvallen uitgevoerd op Marawi, maar het moet daarbij omzichtig te werk gaan om de levens van de inwoners van de stad niet in gevaar te brengen.