Britse seriemoordenaar wekt zelfs na zijn dood afschuw
De laatste wens van een van de beruchtste Britse seriemoordenaars, Ian Brady, wekt in Groot-Brittannië afschuw. Hij wilde dat zijn as wordt uitgestrooid over de Saddleworth-heide bij Manchester. In dat natuurgebied begroef Brady in de jaren 60 zijn slachtoffers.
Brady (79) stierf gisteren in een zwaarbeveiligd psychiatrisch ziekenhuis in de buurt van Liverpool. Daar zat hij sinds 1985 voor de moord op vijf tieners.
Een onderzoeksrechter weigert het lichaam vrij te geven zolang de laatste wens niet van tafel is. Hij zegt dat het uitstrooien van de as een belediging zou zijn. Volgens hem is het moreel juist om Brady's verzoek te weigeren.
Seksueel misbruik
Ian Brady pleegde zijn wandaden tussen juli 1963 en oktober 1965. Samen met zijn vriendin Myra Hindley ontvoerde hij vijf kinderen tussen 10 en 17 jaar. Ze werden seksueel misbruikt, gemarteld en vermoord. Brady en Hindley begroeven zeker drie van hun slachtoffers op de Saddleworth Moor.
Het lichaam van een van de slachtoffers, de toen 12-jarige Keith Bennett, is nog altijd niet gevonden. Het zoeken gaat door, heeft de Britse politie vandaag verzekerd. Dat was volgens Britse media ook de de uitdrukkelijke wens van Bennetts moeder, die vijf jaar geleden overleed.
'Rot weg in de hel'
Politiechef Ian Hanson van Manchester heeft na Brady's dood gezegd dat medeleven voor de hand ligt bij sterfgevallen. "Maar er zijn uitzonderingen en het monster Brady is er daar een van."
Hanson voegde daaraan toe dat Brady niet het recht had om dezelfde lucht in te ademen als de nabestaanden, die hij tientallen jaren martelde door te verzwijgen waar de tieners waren begraven. "Hij neemt nu zijn plek in de hel in, dat hij daar mag wegrotten."
Myra Hindley zat ook een levenslange gevangenisstraf uit. Ze stierf in 2002 in de gevangenis aan hartproblemen, op 60-jarige leeftijd.