Feyenoord in vertwijfeling na dramatisch verlies

Excelsior heeft Feyenoord voor zeker een week van de landstitel afgehouden. Totaal verkrampt door de kampioensstress ging Feyenoord op Woudestein genadeloos onderuit: 3-0.

Doordat Ajax met 4-0 won van Go Ahead Eagles is de voorsprong van Feyenoord geslonken tot een punt. Op doelsaldo staan de Rotterdammers vijf goals voor. In de laatste speelronde komt volgende week Heracles Almelo op bezoek in De Kuip en gaat Ajax op bezoek bij Willem II.

Excelsior, dat nog niet helemaal veilig was, bleek niet van plan in eigen huis als gast op een feestje te fungeren. De ploeg stond goed, speelde verzorgd en kreeg zelfs de eerste kansjes. Zo kopte Stanley Elbers maar net naast uit een voorzet van Nigel Hasselbaink.

Ergste zenuwen leken voorbij

Feyenoord leek na een kwartier wel over de ergste zenuwen heen en ging op zoek naar een treffer. Tonny Vilhena vergat echter te vuren en schoot even later over. Een puntertje van Karim El Ahmadi mist venijn. Vlak voor rust konden ook Terence Kongolo (naast) en opnieuw Vilhena (vrije trap over) niet voor verlichting zorgen.

Na rust nam de druk op het doel van Excelsior-doelman Warner Hahn even toe, maar soepel verliep het geen moment bij Feyenoord. Excelsior kwam nog amper op de andere helft, maar deelde binnen drie minuten wel twee mokerslagen uit. Eerst tikte Hasselbaink beheerst raak en even later counterde Elbers naar 2-0.

In De Kuip, die volgestroomd was met fans die via grote tv-schermen het duel tegen Excelsior konden volgen, werd met afgrijzen naar de beelden gekeken.

Dirk Kuijt werd door trainer Van Bronckhorst ingebracht in de hoop dat hij het elftal zou kunnen verlossen, maar zelfs hij kreeg de vastgelopen machine niet meer aan de praat. Sterker nog: het werd nog erger. Ryan Koolwijk krulde uit een vrije trap de bal in de bovenhoek, waarna Feyenoord in vertwijfeling achterbleef.

Vilhena geschorst

Ook in het resterende kwart van de wedstrijd lukte er niets bij de gedoodverfde kampioen. Volgende week volgt er in De Kuip tegen Heracles een herkansing. Zonder Vilhena, die nog tegen een gele kaart aanliep.