Internationaal hof steunt Oekraïners, maar zegt niks over MH17
Rusland moet op de Krim onderwijs in het Oekraïens toestaan en mag de vertegenwoordigers van de Krim-Tataren niet beperken. Dat heeft het Internationaal Gerechtshof in Den Haag bepaald in een zaak die Oekraïne had aangespannen.
De regering in Kiev diende in januari een aanklacht in tegen Rusland vanwege de annexatie van de Krim. Na de annexatie verboden de Russen op de Krim onder meer de Mejlis, het parlement van de Tataren, en werd het onderwijs in het Oekraïens steeds meer beperkingen opgelegd.
MH17
Het hof deed om procedurele redenen geen uitspraak over de Russische financiering of steun aan de opstandelingen in Oost-Oekraïne. Wel vinden de rechters dat het akkoord van Minsk van februari 2015 het uitgangspunt moet zijn om tot een vredesregeling te komen.
Oekraïne had Rusland ook aangeklaagd voor terrorisme, onder meer om een uitspraak te krijgen over de schuldvraag rond het neerhalen van vlucht MH17. Oekraïne redeneert dat Rusland met de opstandelingen in het oosten het terrorisme steunt, wat in juli 2014 leidde tot het neerhalen van vlucht MH17 van Malaysia Airlines, waarbij 298 mensen omkwamen, onder wie 196 Nederlanders. Een internationaal onderzoeksteam heeft al vastgesteld dat het vliegtuig boven het oosten van Oekraïne uit de lucht is geschoten met een Russische Buk-raket.
Wel oordeelden de zestien rechters van het Internationaal Gerechtshof dat beide partijen, zowel Oekraïne als Rusland, moeten afzien van handelingen die het dispuut tussen de twee landen verergeren.
Omwegen
Oekraïne probeert Rusland aan te pakken via twee verdragen die beide landen hebben getekend. Het land moet zijn toevlucht nemen tot dergelijke juridische omwegen om de zaak bij het hof aanhangig te maken, omdat Rusland heeft geweigerd voor het hof te verschijnen in een directe zaak tussen Oekraïne en Rusland.
De Oekraiëners voeren nu aan dat Moskou twee verdragen heeft geschonden in de strijd om Oost-Oekraïne: het verdrag tegen discriminatie en het verdrag dat is gesloten om de financiering van terrorisme tegen te gaan. Overigens is dit nog maar een tussenvonnis met voorlopige voorzieningen. Oekraïne had daarom gevraagd omdat de zaak zelf nog jaren gaat duren.