Feyenoord en kunstgras; geen gelukkig huwelijk

Feyenoord is nog vijf wedstrijden verwijderd van de eerste landstitel sinds 1999. De ploeg staat onder grote druk en moet vandaag naar PEC Zwolle, waar de afgelopen vier jaar werd verloren. Het kunstgras lijkt daar een grote rol in te spelen.

Van de traditionele topdrie heeft Feyenoord in de laatste zes eredivisieseizoenen verreweg het slechtst gepresteerd op kunstgras. De Rotterdammers wonnen slechts 54,17 procent van hun wedstrijden.

Bij Ajax (69,23%) en PSV (75%) ligt dat percentage een stuk hoger.

Nederlaag bij Sparta

Dit seizoen begon voor Feyenoord uitstekend met overwinningen bij "kunstgrasclubs" Heracles Almelo, Roda JC en ADO Den Haag, maar in de laatste wedstrijd op kunstgras ging het toch weer mis met een 1-0 nederlaag bij Sparta Rotterdam.

Sinds de terugkeer van PEC in de eredivisie in 2012 heeft Feyenoord geen punt gepakt in Zwolle. Alle vier de duels gingen verloren en daarbij kregen de Rotterdammers elf doelpunten om hun oren (3-2, 2-1, 3-0 en 3-1).

Toch is er hoop voor trainer Giovanni van Bronckhorst: het Feyenoord van dit seizoen is een ander Feyenoord dan de afgelopen jaren. Het winstpercentage op kunstgras ligt op 75 procent en dat is stukken hoger dan in de vorige vijf seizoenen.

Na vandaag spelen de Rotterdammers nog een keer op kunstgras: in de voorlaatste speelronde wacht de uitwedstrijd tegen Excelsior.

Tijdens de persbijeenkomst afgelopen vrijdag kwam het kunstgras in Zwolle ter sprake. "Het gaat erom hoe de spelers er fysiek voor staan. Als je topfit bent, maakt het niet uit of je op gras of kunstgras speelt", legde Van Bronckhorst uit.

"En we zijn dit seizoen best succesvol op kunstgras. Het vergt wel een ander spel, maar we moeten er niet al te moeilijk over doen."