Koning Willem II voelde zich thuis in Tilburg
Een Willem II-straat, -school, -gevangenis, -plein, -monument, het Willem II-college en natuurlijk voetbalclub Willem II. Allemaal in Tilburg. Komende Koningsdag kunnen we niet om de over-over-overgrootvader van Willem-Alexander heen, als de koning met zijn familie Tilburg bezoekt.
Tilburg staat niet bepaald bekend om zijn charme. De zesde stad van het land is om te huilen zo lelijk, schreef Martin Bril ooit. Toch verloor Willem II er zijn hart aan, toen hij in 1831 het hoofdkwartier van zijn leger in Tilburg vestigde. De stad lag strategisch dicht bij België, dat zich wilde afscheiden van de rest van Nederland. "Hier kan ik vrij ademen", zei Willem II over Tilburg.
Op z'n gemak
Volgens de Tilburgse historicus Ronald Peeters voelde Willem II zich hier op zijn gemak. "Hij had vrienden en kennissen in Tilburg en kwam hier op feestjes. Hij kon hier zijn eigen gang gaan en gedroeg zich niet als koning", zegt Peeters.
De koning verbleef regelmatig in Tilburg en toen hij in 1840 koning werd, liet Willem II er een paleis bouwen. Daar heeft hij nooit van kunnen genieten: het werd in 1849 net te laat opgeleverd, 22 dagen na zijn dood. "Hij is slechts één keer binnen geweest: toen hij werd opgebaard", zegt Peeters.
Het paleis doet tegenwoordig dienst als raadhuis en op de plek van het woonhuis van Willem II ligt nu een plein. Daar stond ook een gedenknaald voor Willem II, maar die werd in de jaren 60 afgebroken om ruimte te maken voor een rondweg en een fontein. Omdat de koninklijke familie de grond nooit verkocht heeft, is dat nog steeds eigendom van de Oranjes. "Dat zijn ze gewoon vergeten af te handelen", zegt Peeters.
Vrij parkeren
Willem-Alexander is dus de enige die pal voor het paleis kan parkeren zonder een parkeerboete te riskeren, grappen Tilburgse stadsgidsen. Die komen tijdens hun wandeling nog langs een nieuwe gedenknaald, een standbeeld van de koning, een straat en een plein die naar Willem II zijn vernoemd.
Willem-Alexander en zijn familie gaan daar op 27 april vast niet allemaal langs. "Maar het paleis moet hij zeker niet overslaan", zegt Peeters. "Van binnen is er een hoop veranderd, maar van buiten is nog net zoals het in 1847 werd gebouwd."