Het aantal Nederlanders zonder migratieachtergrond dat zich dat zich zorgen maakt over immigratie en integratie is vrij stabiel

Minder zorgen over immigratie; gevoel van onbehagen blijft

Door heftige discussies over Zwarte Piet en felle protesten tegen de komst van asielzoekerscentra lijkt het alsof in Nederland de weerstand tegen Nederlanders met een migratieachtergrond is toegenomen. Maar volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), dat onderzoek deed naar de integratie van eerste en tweede generatie migranten van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse en Antilliaanse herkomst, is dat niet zo.

"Het aantal Nederlanders zonder migratieachtergrond dat zich zorgen maakt over immigratie en integratie is met 4 op de 10 vrij stabiel", zegt onderzoekster Iris Andriessen van het SCP. "Maar het aantal dat zegt dat er te veel mensen met een andere nationaliteit in Nederland wonen is juist ten opzichte van 2004 met 10 procent gedaald."

Hiërarchie

Toch betekent dat volgens Andriessen niet dat de houding ten opzichte van migranten positiever wordt. Over sommige groepen in de samenleving bestaat bijvoorbeeld een bijzonder ongunstige beeldvorming. Zij nemen een lage plek in bij de etnische hiërarchie.

Groepen met een lagere plek in de etnische hiërarchie worden eerder gezien als een culturele dreiging en roepen bij Nederlanders zonder migratieachtergrond de vraag op of Nederland Nederland nog wel blijft.

Symbolen

Mensen vinden het belangrijk om de eenheid en de eigenheid van de nationale gemeenschap te bewaren. Daarbij moet je denken aan de gedeelde taal, gebruiken, tradities en religie, constateert Andriessen. Die zorg is groter dan de angst voor bijvoorbeeld het verdringen van banen of over stijgende kosten aan uitkeringen.

"Als, vooral laagopgeleiden, zien dat culturele symbolen als Zwarte Piet onder vuur liggen, dan ervaren zij dat als een bedreiging van de culturele identiteit van Nederland. Als ze daarnaast in het straatbeeld veel culturele symbolen uit een andere cultuur zien, zoals bijvoorbeeld hoofddoekjes, kan de weerstand tegen migranten toenemen", zegt Andriessen.

Thuisvoelen

Opvallend is volgens Andriessen dat ook juist aan de kant van de migrantengroepen zelf het onbehagen toeneemt. Van de Turkse, Marokkaanse en Antilliaanse Nederlanders voelt slechts 60 procent zich thuis. Dit aandeel is tussen 2006 en 2015 afgenomen. Ook blijkt uit het rapport van de SCP dat de tweede generatie migranten die in Nederland is geboren, zich hier niet meer thuis voelt dan de eerste generatie.

Vooral jongeren zijn somber over het maatschappelijk klimaat in Nederland, waarin zij veel negativiteit over migranten in het algemeen en moslims in het bijzonder ervaren. Persoonlijke ervaringen met discriminatie en apart gezet worden, dragen bij aan het gevoel geen vanzelfsprekend onderdeel te zijn van de Nederlandse samenleving.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl