Laatste Pearl Harbor-veteranen vertellen: hele haven stond in brand
"Er zijn verhalen die ik nog steeds niet kan vertellen. Als ik erover zou praten, dan doe ik geen oog meer dicht." Met een brok in zijn keel praat Lauren Bruner over die decemberochtend in Pearl Harbor, vandaag precies 75 jaar geleden.
Op 7 december 1941, in president Roosevelts woorden "de dag die zal voortleven in schande", verrasten de Japanners met een aanval op de Amerikaanse marinebasis in Hawaï.
Bruner was een jonge matroos aan boord van de USS Arizona, een groot marineschip dat door een voltreffer in het munitieruim werd verwoest. Hij liep zware brandwonden op en lag zeven maanden in het ziekenhuis. Daarna monsterde hij opnieuw aan en vocht mee tot het eind van de oorlog.
Bekijk ook deze video waarin overlevenden vertellen over het bombardement op Pearl Harbor:
Bruner was niet het enige bemanningslid van de Arizona dat zon op wraak. Ook Donald Stratton raakte gewond bij de aanval. Hij noemt zichzelf een van de gelukkigen die konden wegkomen.
"Ik lag een jaar in het ziekenhuis en kreeg daarna eervol ontslag", vertelt hij. "Nog een jaar later heb ik me opnieuw aangemeld. Ik ging in training en wilde de zee op. Aan boord van een torpedobootjager deed ik mee aan vijf invasies."
Er zijn steeds minder veteranen die hun ooggetuigenverhalen kunnen vertellen over de aanval op Pearl Harbor. De oudste bekende overlevende is Ray Chavez. Hij is 104 en trainde de afgelopen drie jaar in een sportschool om fit genoeg te zijn om vandaag bij de herdenking in Hawaï te kunnen verschijnen.
De herdenking in Pearl Harbor kijk je vanaf ca. 18.45 uur via deze livestream.
NBC News maakte een reportage met Chavez in de sportschool:
"Ik kan het niet vergeten en ik zal het ook nooit vergeten", zegt hij. "De hele haven stond in brand. Alle schepen waren omhuld met dikke zwarte rook door de torpedo's en de bommen van de Japanners."
Onderweg naar Hawaï werd Chavez door veel mensen bedankt voor zijn inzet tijdens de oorlog. Hij is onder de indruk van alle aandacht, maar benadrukt in interviews steeds dat het niet nodig is. "Ik wil de slachtoffers eren, niet mijzelf. Ik ben niet echt een held. Er waren duizenden andere helden."
De kogels vlogen rakelings langs mijn hoofd.
Iets jonger is Jim Downing (103). Hij was een net getrouwde matroos wiens schip de USS West Virginia door negen torpedo’s werd geraakt. "Het schip was aan het zinken. Alles boven water stond in lichterlaaie." 106 van Downings kameraden sneuvelden.
Zelf was hij niet aan boord: hij was thuis toen de aanval begon. Hij haastte zich naar de marinebasis en werd onderweg beschoten door een Japans vliegtuig. "Gelukkig kon de piloot niet goed mikken en vlogen de kogels rakelings langs mijn hoofd."
Briefjes
De schrik zat er goed in bij Downing. Toch ging hij onmiddellijk aan het werk. In de uren die volgden, bluste hij branden en verzamelde hij de naamplaatjes van omgekomen matrozen.
Hij wilde, als postbezorger op de West Virginia, de nabestaanden een persoonlijke brief sturen over de dood van hun geliefden. "Dat leek me beter voor het verwerkingsproces dan een kil briefje met 'uw zoon is gesneuveld' erop."
Ook Downing is er vandaag bij in Hawaï. Hij ziet uit naar het weerzien met zijn strijdmakkers. "We wisselen onze verhalen uit en hebben het altijd erg naar onze zin."