NOS NieuwsAangepast

'Heel veel brandstofmarge zal het ramptoestel niet hebben gehad'

"Ik had al een vermoeden omdat er geen explosie was en er geen brandstofspoor in de omgeving is gevonden." Dat het ramptoestel waarmee de Braziliaanse club Chapecoense vloog geen brandstof meer had, verbaast luchtvaartdeskundige Joris Melkert niet.

De docent van de TU Delft had na het ongeluk zelf ook al even gekeken op internet, vertelt hij. "De standaardversie van dit toestel heeft een bereik van 2900 kilometer en de afstand tussen de vertrekluchthaven Viru Viru in Bolivia en die in Medellín is zo'n 3000 kilometer."

Dat geeft te denken, maar het zou best kunnen dat bij dit specifieke toestel iets is aangepast. "Aan de brandstoftanks bijvoorbeeld", zegt Melkert. "Maar heel veel marge zal er niet in hebben gezeten."

Meer tegenwind dan verwacht kan een oorzaak zijn.

Joris Melkert

De marge aan brandstof die wettelijk verplicht is, verschilt per vlucht. "Normaal gesproken moet je met je reserves een andere luchthaven kunnen bereiken, als de beoogde luchthaven niet bereikbaar is vanwege slecht weer of iets dergelijks. Ook moet je zo'n drie kwartier kunnen blijven rondcirkelen als je niet direct kan landen."

Hoe het komt dat het Boliviaanse toestel niet genoeg kerosine had, is gissen. "Een lekkage door een gescheurde leiding of meer tegenwind dan verwacht. Het kan van alles zijn. Normaal gesproken heb je daar de reserves voor, maar die waren dus niet toereikend."

Volgegooid

Volgens Melkert gebeurt het niet vaak dat een toestel neerstort door brandstofgebrek. "Dit is wel heel zeldzaam. De wetgeving is zo streng, omdat je natuurlijk niet wil dat dit gebeurt."

Maar waarom worden niet alle vliegtuigen dan gewoon helemaal volgegooid? "Het kost brandstof om brandstof mee te nemen. Voor elke kilo extra heb je extra draagkracht nodig en dat komt uiteindelijk uit de motoren, die worden gevoed met brandstof. En dan kan je wel door blijven gaan."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl