Laatste dijken en duinen versterkt: Noordzeekust kan er weer even tegen
De komende vijftig jaar is de Noordzeekust volgens Rijkswaterstaat weer beschermd tegen zware stormen. Vandaag wordt de laatste van negen versterkingen aan de kust opgeleverd bij het Zeeuwse Cadzand. Het KNMI waarschuwt dat Nederland moet blijven opletten. Door klimaatverandering krijgt de kust het de komende decennia waarschijnlijk zwaarder te verduren.
De plekken die nu zijn gerepareerd waren in 2003 aangemerkt als 'zwakke schakel'. Op negen plaatsen waren de duinen of dijken niet meer sterk genoeg om de zwaarste stormen te weerstaan. Per locatie heeft Rijkswaterstaat bekeken hoe de kustversterking moest worden aangepakt.
Petten bijvoorbeeld heeft na zes eeuwen eindelijk weer een strand gekregen. In 1421 sloeg de Sint-Elizabethsvloed de duinen weg. In 1880 werd er een 11 meter hoge dijk aangelegd en was het dorp weer veilig voor het water. Vóór de dijk ligt nu 300 meter strand en duinen.
Bij Cadzand is het versterken van de zeewering gecombineerd met de aanleg van Waterdunen, een natuur- en recreatiegebied. Daarvoor moest landbouwgrond worden onteigend, wat protest van boeren opleverde.
Typische winterstormen zoals die van 1953, daar zal niet veel aan veranderen als gevolg van klimaatverandering. Maar de toekomst ziet er anders uit, met een ander type storm.
Flaauwe Werk
Op een andere zwakke plek, langs de kust van het eiland Goeree-Overflakkee, is de dijk het Flaauwe Werk drie meter hoger en dertig meter breder gemaakt, geasfalteerd en daarna met zand en helmgras in een kunstmatig duinlandschap veranderd. Hier waren de werken wat minder ingrijpend voor de bevolking dan bij Cadzand.
Goeree-Overflakkee werd zwaar getroffen bij de watersnoodramp van 1953. Veel bewoners weten dat nog, zegt dijkgraaf Jan Geluk. "Dus die zijn blij met een sterke mooie dijk waarachter ze veilig kunnen wonen en werken."
Een zware stormvloed zoals die van 1953 kunnen de dijken en duinen nu weerstaan, maar er zijn andere risico's. "Als het twee, drie dagen hoogwater is op zee, kunnen de rivieren hun water niet kwijt", zegt Geluk. "Dan krijg het in het achterland hoogwater, dus moeten de rivierdijken de komende jaren sterker gemaakt worden."
Een ander risico is de opwarming van de aarde. Die heeft grote invloed op het weer. Rijkswaterstaat gaat uit van een overstromingskans van eens in de 10.000 jaar. Volgens Bart van den Hurk van het KNMI is Nederland goed beschermd, maar moeten we blijven opletten. "Typische winterstormen zoals die van 1953, daar zal niet veel aan veranderen als gevolg van klimaatverandering. Maar de toekomst ziet er anders uit."
Tropische cycloon
Zo kunnen we in de toekomst vaker te maken krijgen met een ander type storm. "Af en toe zwaait er een tropische cycloon af naar Europese kust. Als het zeewater ook nog een stukje warmer is, wordt zo'n storm versterkt. Dat zijn situaties die we helemaal niet kennen. De natuur kan echt nog voor verrassingen zorgen. Ik maak me geen zorgen, we zijn goed voorbereid, maar we moeten de vinger aan de pols houden."
Ook dijkgraaf Jan Geluk is voorzichtig met garanties voor de komende vijftig jaar. "Je weet dat de dijken sterk zijn, maar je weet nooit hoe hoog het water kan komen. We leven onder het zeeniveau. Zestig procent van Nederland, met 9 miljoen mensen, is overstroombaar. Het blijft een risico waar we altijd goed op voorbereid moeten zijn."