NOS NieuwsAangepast

'Helft van de kinderen heeft ingrijpende ervaring meegemaakt'

Het kan van alles zijn: emotionele verwaarlozing, seksueel misbruik, maar ook een vechtscheiding of een ouder met zelfmoordneigingen. Bijna de helft van alle kinderen heeft voor zijn twaalfde al zeker één ingrijpende gebeurtenis meegemaakt, blijkt uit een onderzoek van kinderrechtenorganisatie Augeo.

De organisatie gebruikte een opvallende onderzoeksmethode: kinderen werden ondervraagd door jongeren die maar een paar jaar ouder zijn dan zijzelf. Een van hen is de 17-jarige Melanie Rietveld. Ze verbaast zich over de cijfers. "Een op de negen kinderen heeft drie of meer van deze ervaringen meegemaakt. Bij een op de vijf zijn het er twee of meer."

Het vaakst gaat het om een scheiding. Van ruim een kwart van de 660 ondervraagde kinderen van 11 en 12 jaar zijn de ouders uit elkaar gegaan.

Ook de antwoorden van de kinderen waren soms best schokkend, vindt Rietveld. "We vroegen bijvoorbeeld of ze bang zijn voor hun ouders. Dat is een hele heftige vraag. Meer dan tien procent zei ja."

Nineke Wilts (16) keek ervan op dat acht procent van de kinderen zei dat ze een huisgenoot in de gevangenis hebben. "Dat vind ik aanzienlijk veel."

Bang voor ouders

Een andere vraag was of de kinderen het gevoel hebben dat niemand om ze geeft. "Dat was meer dan tien procent. Een bizar hoog getal. Dat shockeerde me echt wel", zegt Wilts. "Het heeft direct gevolgen. Naarmate ze meer meemaken, zijn ze minder gelukkig en zitten ze minder goed in hun vel. Daar kunnen ze als volwassenen nog last van hebben." Tim Jansen (16): "Als een kind stress heeft, en dat niet weggaat, dan houdt dat kind zijn hele leven lang stress."

Augeo vindt dat er meer moet worden gedaan om te voorkomen dat jongeren ingrijpende ervaringen meemaken. Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer, die het rapport vandaag samen met prinses Laurentien in ontvangst neemt, is het daar mee eens. In het NOS Radio 1 Journaal zegt ze dat daar vooral een rol ligt bij de ouders, maar ook bij de school.

"Ouders zijn vaak de veroorzaker van de problemen. Het zijn vaak dingen die thuis gebeuren. Je moet het stoppen. Maar als dat niet kan, moet je zorgen dat de kinderen op een andere plek wel veilig zijn. Dat is de school. Die moet ervoor zorgen dat het een veilige plek is waar ze zich wél gewaardeerd voelen."

Op een school die ik bezocht hadden ze een kikker. Daar kon je briefjes instoppen als je je niet fijn voelde.

Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer

Uit de studie bleek ook dat docenten vaak niet weten welke problemen kinderen thuis hebben. Een docent dacht dat drie kinderen uit zijn klas iets heftigs hadden meegemaakt. Dat bleken er twee keer zo veel te zijn.

Kalverboer: "Docenten moeten de signalen herkennen. Wat dat bemoeilijkt is dat kinderen niet snel geneigd zijn problemen mee te nemen en laten weten wat er aan de hand is. Er wordt veel verwacht van docenten en ik weet niet of je dat altijd kan verwachten. Maar je kunt wel een systeem inbouwen met vertrouwenspersonen en regelmatig een-op-een-contact met de leerlingen."

De kinderombudsvrouw heeft een eenvoudige oplossing gezien op een van de scholen die ze heeft bezocht. "Op die school hadden ze een kikker, daar kon je briefjes in stoppen als je je niet fijn voelde. Dan wist de docent nog niet om welk kind het ging, maar wel dat er iets speelde."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl