Peter van Straaten wint Inktspotprijs voor vijfde keer
- Stichting Pers&Prent
De winnende spotprent van Peter van Straaten - Stichting Pers&Prent
De tweede plaats voor de cartoon van Geinz - Stichting Pers&Prent
De derde plaats voor de cartoon van Cortés
De Inktspotprijs, de prijs voor de beste politieke spotprent, gaat dit jaar naar Peter van Straaten. Het is al de vijfde keer dat hij de prijs wint. In 1994 was hij ook de eerste winnaar.
Op de winnende tekening staat een vrouw met een hoofddoek die tegen een andere vrouw zegt: "Ik ben geen vluchteling. Ik woon al twintig jaar naast u."
Komisch en pijnlijk
Volgens de jury onder leiding van journalist Theodor Holman is de tekening uitzonderlijk, veelzeggend en komisch, maar doet hij ook pijn. De jury vindt dat de schoonheid zit in alles wat verzwegen wordt en wat niet is getekend.
"De tekening zegt iets over ons; hij laat ons lachen en ons schamen tegelijk." De spotprent verscheen vorig jaar in de Volkskrant. De winnaar kreeg een bronzen beeldje van een duivel op een inktpotje.
Van Straaten kon wegens ziekte niet bij de uitreiking in Den Haag aanwezig zijn, maar de organisatie is naar hem toegegaan om hem de prijs te overhandigen. Hij laat weten dat hij aangenaam verrast is en dat dit echt de laatste keer is dat hij wint. "Ik ben helaas uitgewerkt."
Gruwelijk en grappig
Op de tweede plaats eindigde de tekenaar Geinz met een prent van een T-shirt na de aanslagen in Brussel in maart. Volgens de jury ontroert de prent door zijn eenvoud en is het de tekenaar gelukt om bij zoiets gruwelijks toch nog iets grappigs te maken. De tekening is gepubliceerd op de website ja.be.
De derde plaats was voor de tekenaar Cortés die zich ergerde aan bondskanselier Merkel. Die ging akkoord met het onderzoek van het Duitse Openbaar Ministerie naar een tv-presentator die de Turkse president Erdogan een geitenneuker had genoemd. Op de tekening die gepubliceerd werd op Geen Stijl staat 'het schaapje Merkel' tegenover Erdogan die zijn broek heeft uitgetrokken.
De jury deelde ook nog drie eervolle vermeldingen uit: aan Marijn, Peter de Wit en Ruben L. Oppenheimer.