Jongeren mijden Nederlandse camping
Jongeren verkiezen steeds vaker een buitenlandse vakantiebestemming boven een camping in Nederland. Volgens onderzoek van NBTC-NIPO Research bleef vorig jaar 22 procent van de jonge vakantiegangers in eigen land. In 2005 was dat nog zo'n 50 procent.
Het beeld wordt herkend door de vereniging van recreatieondernemers, Recron. De organisatie ziet de invoering van het alcoholverbod voor jongeren tot 18 jaar in 2014 als een oorzaak. Ook zijn vliegvakanties goedkoper geworden en kiezen jongeren vaker voor zo'n zon-zekere vakantie in het buitenland.
"Wat ooit een succesformule was - de jongerencamping - dat is er niet meer", zegt een campinghouder in het Zeeuwse Renesse. "Vroeger zaten we gegarandeerd in de zomer acht weken vol met jongeren. Nu lukt dat nog maar drie weken."
In Renesse is al langer een overgang gaande. De gemeente wil dat Renesse een familiebadplaats wordt, zegt de voormalige eigenaar van een camping. "We hebben zelf twee jaar geleden een omschakeling gemaakt naar natuur en bed and breakfast. De resterende plaatsen hebben we verkocht aan een andere campingeigenaar."
Een reisorganisatie die zich speciaal richt op jongeren is twee jaar geleden gestopt met het aanbieden van jongerenreizen in Nederland. "Er was niet voldoende vraag meer naar campingreizen", zegt de reisorganisator. "Jongeren gaan tegenwoordig vaker naar een festival waar een camping bij is, of ze kiezen voor reizen naar het buitenland. Een gewone camping met weinig vertier wordt minder geboekt."
Minder biertjes
Op Terschelling komen nog wel jongeren. Een jongerencamping daar draait bijvoorbeeld nog goed. Al is ook daar wat veranderd. "Vroeger zette ik wekelijks 5000 biertjes om en nu zijn dat er nog 1500. Dus dat kost geld", zegt de campinghouder. "Ook de horeca heeft het zwaar op Terschelling. Over de hele linie kun je wel zeggen dat het rustiger is geworden op het eiland."