Het orgel kan wel een Max Verstappen gebruiken
"Je moet wel even je handen wassen, want het is giftig", waarschuwt orgelbouwer Erik Winkel van de firma Flentrop. Bij het Zaanse bedrijf staan pijpen van een 17de eeuws orgel uit een kerk in de Poolse stad Olkusz. Ik mag voelen hoe zwaar ze zijn.
Het orgel werd de dood van de beroemde bouwer Hans Hummel. Niet door het giftige lood van de pijpen. Maar omdat het werk hem te veel werd en hij radeloos van een bouwsteiger sprong. De restauratie van het Poolse orgel is een van de opdrachten waaraan Flentrop werkt.
Van de zeventien orgelbouwers in Nederland behoort het bedrijf tot de grootsten. Het bouwt ook een nieuw orgel voor het Royal College of Music in Londen.
"Heel eervol", zegt Winkel. Het conservatorium staat tegenover de Royal Albert Hall. "Engelser kan het niet." De orderportefeuille is goed gevuld. De belangstelling uit het buitenland groeit nog steeds. Zeker na de afronding, enkele jaren geleden, van een droomproject: de reconstructie van het orgel in de Hamburgse Katharinenkirche, het favoriete orgel van Bach.
Dit orgel werd vlak voor de geallieerde bombardementen op de havenstad gedemonteerd en opgeslagen. Na de oorlog ontbraken veel pijpen. De Zaanse firma herstelde het in oude luister.
Nederland geldt vanouds als orgelland. Er zijn er honderden in Nederland, historische en moderne. Maar de belangstelling voor het orgel is tanende. Door de teruggang van het kerkbezoek. Door het stoffige imago en amateurs die er met hun spel een potje van maakten.
Volgens Erik Winkel zijn er tegenwoordig kinderen die nog nooit een orgel hebben gehoord. Laat staan gezien. Volgens hem moet je een orgel toegankelijk maken. Schoolklassen langs laten komen. Dat doen ze al in Haarlem en het gebeurde vlak voor de restauratie van een orgel in Koog Zaandijk. "Die kinderen wisten niet wat ze meemaakten. Dat geluid. Ze mochten de blaasbalgen treden, zoals dat heet. Ze vroegen waarom er niets gebeurde als ze aan de knoppen trokken."
Jongeren
De jonge organist Evan Bogerd (23) vindt dat je de enorme veelzijdigheid van het orgel moet laten horen. De klankkleuren: "Het kan heel zacht en verschrikkelijk hard. Een orgel, daar zit toch een bas in! Die krijg je er zelfs met de beste subwoofer niet uit."
Winkel hoopt dat oudere organisten meer jongeren op het orgel toelaten. Ze hebben nog wel eens de neiging het kwetsbare instrument voor zichzelf te houden. "Geef die sleutel ook eens aan anderen."
Tot 30 juli wordt in Haarlem het Internationaal Orgelfestival gehouden.
Het trekt opvallend veel bezoekers uit het Verre Oosten. Aan de masterclasses doet een aantal jonge Chinese organisten mee. Die Chinese belangstelling maakt dat festivalleider Peter Ouwerkerk in september naar China reist. "Ik wil zien hoe ze daar met het orgel omgaan. Hoe er les wordt gegeven. Of er orgels worden gebouwd."
De situatie in China is deels vergelijkbaar met die in Nederland. "Hoe ga je om met de onbekendheid van het orgel. Hoe doen ze dat daar. Ik denk er van te kunnen leren." Ouwerkerk verwacht dat er in China een toekomst voor het orgel ligt.
Ik vertel over wat ik ga spelen, en waar men op moet letten.
Voor Evan Bogerd is de oplossing "stug doorgaan". Bij concerten niet meteen het meest ontoegankelijke stuk spelen. Actief zijn op sociale media. "Ik begin een concert altijd met een toelichting. Ik vertel over wat ik ga spelen, en waar men op moet letten. Neem de mensen mee door de tijd. Eindig met een modern stuk." Na afloop praat hij na met zijn publiek. "Je moet benaderbaar zijn."
Voor Winkel is het Orgelpark in Amsterdam een manier om een breder publiek te trekken. De voormalige kerk met meerdere orgels is een podium voor organisten, componisten en andere musici.
Wat volgens Bogerd zou helpen is als het ging zoals in de sport. Het orgel heeft een Dafne Schippers nodig die jongeren weer achter het orgel krijgt. Een held, een rolmodel. Een Max Verstappen, maar dan op het orgel. "Dat zou", zegt hij, "een geweldige boost geven."