Remmert Wielinga, Kenny van Hummel en Ivan Gotti
NOS Wielrennen

Tour de Frank: Edith Piaf en haar liefde voor wielrenners

Schrijver en wielerliefhebber Frank Heinen portretteert voor Radio Tour de France iedere dag een vergeten renner uit het peloton. Vandaag een vrouw die graag naar wielrenners keek: Edith Piaf

In de nacht van 27 op 28 oktober 1949 komt de Franse bokser Marcel Cerdan om het leven bij een vliegtuigramp op de Azoren. Cerdan is de beste bokser te wereld. Hij heeft op dat moment een affaire met Edith Piaf, de grootste ster van Frankrijk. Een nationale nachtegaal. Voor Cerdan schreef ze Hymne a l'amour.

Piaf vindt troost bij Eddie Constantine, die samen met Charles Aznavour haar voorprogramma bemant. Maar zoals wel vaker bij Piaf duurt de relatie niet lang. Ze valt in de armen van André Pousse, een oud-wielrenner en de assistent van haar impresario. Pousse is wereldberoemd in Parijs.

Tijdens de oorlog is hij de grote held van de met wijn en camembert gevulde zesdaagse-nachten in het Vélodrome d´Hiver, het stadion waar enkele maanden daarvoor nog duizenden joden als beesten gevangen werden gehouden.

Na zijn loopbaan belandt Pousse in de showbizz. Hij werkt als gigolo. Wordt later bekend acteur en artistiek directeur van de Moulin Rouge. Ze wonen samen, maar de relatie tussen beiden duurt slechts acht maanden. Na een auto-ongeluk is het over.

Piaf richt haar pijlen op Louis 'Toto' Gérardin, een oud-baanwielrenner. Hij is getrouwd. Het weerhoudt Piaf er niet van ook voor hem een lied te schrijven. Daarnaast stuurt ze hem lange brieven. Maar ook deze verhouding is geen lang leven beschoren.

Haar laatste brief is namelijk plots heel anders van toon. Piaf heeft iemand anders, Jacques Pills, en schrijft aan Gérardin: als je deze brief ontvangt, ben ik al getrouwd.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl