Bussemaker: gevolgen leenstelsel volgens verwachting
Het afschaffen van de basisbeurs en de invoering van het leenstelsel hebben geen grote gevolgen gehad voor de toegankelijkheid van het hoger onderwijs. De instroom in het hbo is dit studiejaar weliswaar gedaald, maar dat lijkt niet te worden veroorzaakt doordat studenten meer geld moeten lenen.
Dat blijkt uit een analyse die minister Bussemaker deze week naar de Tweede Kamer stuurt. Een conceptversie van de brief is in handen van de NOS. De minister liet de effecten van het leenstelsel onderzoeken op verzoek van de Tweede Kamer.
Boeggolfeffect
Dit studiejaar daalde de doorstroming vanuit het middelbaar onderwijs (mbo, havo, vwo) naar het hoger onderwijs van 71 procent naar 64 procent. Bussemaker wijdt dat vooral aan het 'boeggolfeffect': in 2013 en 2014 gingen juist extra jongeren meteen na hun diploma studeren om nog te kunnen profiteren van de basisbeurs.
Nu het leenstelsel een feit is zouden weer meer studenten kiezen voor een tussenjaar. Ze gaan dan eerst een jaartje reizen of werken om levenservaring op te doen.
Bij de invoering van het leenstelsel vreesden tegenstanders dat vooral kwetsbare groepen er de dupe van zouden worden: jongeren uit gezinnen met lage inkomens en opleidingen, gehandicapten en allochtonen.
Financieel motief
Volgens Bussemaker is dat het eerste jaar in ieder geval niet gebleken. Het aantal mbo'ers dat een financieel motief geeft om wel of niet door te studeren is gelijk gebleven: ongeveer een derde.
Van sommige groepen is niet helemaal duidelijk waarom er minder doorgestudeerd wordt. Bussemaker laat extra onderzoek doen naar zogeheten eerste generatiestudenten, jongeren met ouders die niet gestudeerd hebben. Hun aandeel is dit studiejaar gedaald van 43 naar 38 procent.
Verschillende opleidingen stellen strengere eisen aan de poort, en ook dat leidt tot minder studenten. Goed voorbeeld is de pabo, waar het aantal eerstejaarsstudenten is gedaald met ruim 35 procent.
Sinds de invoering van het leenstelsel is het bedrag dat geleend wordt wel omhoog gegaan. Er wordt ongeveer 100 euro per maand meer geleend dan onder het oude systeem. Dat is geheel volgens de verwachting, schrijft Bussemaker.